maandag 13 oktober 2014

In den vreemde; het ziekenhuis (16)



Als eens in het buitenland in een ziekenhuis gelegen? In Turkije misschien? Bij het leven in den vreemde doe je tal van ervaringen op. Zo kom je soms ook in aanraking met het ziekenhuis. Een wereld apart, kan je wel stellen.

In Turkije zijn twee soorten ziekenhuizen. Overheidsziekenhuizen en particuliere ziekenhuizen. Over het algemeen staat de tweede groep bekend als kwalitatief beter. Het overheidsziekenhuis is drukker, wachttijden zijn langer en verder schijnt het allemaal wat minder te zijn. Nee, dan het particuliere ziekenhuis. Op de weg naar Fethiye staan grote reclame borden. Van garages, bedrijven en dus ook het particuliere ziekenhuis. Laat u doorsmeren, of zoiets.
Voor de gewone Turk is er niets aan de hand. Zij zijn verzekerd en kunnen gratis bij het staatsziekenhuis terecht. Ook kunnen zij kiezen voor het particuliere ziekenhuis, maar dan dient er echter wel bij betaald te worden. Dan heb je het over bedragen waar je in Nederland nog geen diner voor twee van kan betalen. Dus, de Turk gaat graag naar et particuliere hospitaal.

Wij zijn meer gewend om te kijken waar je goede specialisten hebt. Dat bepaalt vervolgens je ziekenhuis keuze. Wel, wordt je verwezen naar het particuliere ziekenhuis in Fethiye (lokman hekim Esnaf Hospital) dan opent zich een bijzondere wereld. Om te beginnen scheur je het pand zo voorbij, omdat het geheel niet als ziekenhuis te herkennen is. Een prachtig gebouw. Niet al te groot en passend in het straatbeeld. Er zijn drie ingangen. Een mooie grote, of je een hotel binnen komt. Erboven staat: poliklinieken. Dan is er een onduidelijke ingang, ook voor de poliklinieken en tot slot de Emercency ingang. Daar gaat iedereen naar binnen. Ook wanneer je voor nood gaat. Dan wordt je opgevangen door een arts, die je even bekijkt. Vervolgens wordt je verwezen naar de betreffende specialist. Ondanks dat je via de EHBO binnen komt sluit je aan bij de rij wachtenden met een afspraak. Dat is iets wat verdomd lang kan duren.

Ja mag niet naar huis en wordt opgenomen. Binnen in het gebouw is het een mierenhoop. Niemand komt immers alleen. Hele gezinnen vergezellen elkaar. Daartussen zie je duidelijk zieke mensen, soms op het wat onsmakelijke af. Ondertussen komt er een man bij je, die iedere buitenlander op zijn nek krijgt. Een soort tolken regelneef in een. Hij brengt je naar de opnameregistratie, alwaar als eerste gesproken wordt over de opname kosten. Overigens was er al cash betaald voor een Röntgen foto. Na een half uurtje hoef je niet vooraf te betalen (750 Lira per dag) en mag je naar de afdeling. Een afdeling speciaal voor buitenlanders.

Voor je het weet is er al ruim een middag voorbij tussen het moment dat je binnen komt en een bed krijgt toegewezen. Dat iemand doodziek is lijkt een secondair probleem.
Bij het ziekenhuis is een restaurant en een soort café. Je moet er wel even voor naar buiten. P bepaalde tijden zit daar vooral personeel. Paars met wit voor de polikliniek, Oranje rood en geel voor de verpleegsters op de afdelingen en zo heeft iedereen een mooi pakje in een eigen leurtje. De blauwe zijn de schoonmakers, maar ook de rolstoel en bedden rijders. Waag het niet zelf een rolstoel te duwen daar. Alles zit door elkaar en met elkaar bij dat café. Wat dan vooral opvalt is dat 80% rookt. In Nederland mag je niet binnen een straal van vijf meter voor het pand (rondom) een peuk überhaupt in je mond hebben, hier dampt vooral het personeel, en bij voorkeur vlak voor de deur. Maar, gezellig is het er. Ook binnen hangt wat dat betreft een bazaar achtige sfeer.
Boven wordt het rustiger. Dan krijg je de indruk in een chique hotel rond te lopen. De kamers doen dit vermoeden bevestigen. Vooral de “natte” ruimtes. Poepie chique. Alleen, een handdoek kan je er niet eens ophangen. En meer van die kleine handigheden ontbreken.

Verder zijn de kamers keurig. Achter een soort schilderij van een vlinder zitten alle
instrumenten weggewerkt en behalve het bed is er een kast, een kastje, een slaapstoel en twee gewone stoelen. Ook de tv aan de wand ontbreekt niet. Tijdens lunch en avondeten wordt een goede Turkse hap rondgebracht. Twee per kamer. Immers, in Turkije blijft je familie bij je, dus ook het bezoek ontvangt het kwalitatief redelijke voer. De mensen van het eten, en de “blauwen” zijn over het algemeen erg aardig. He verplegend personeel (de in oranje/rode met geel gestoken lieden) zijn vooral jong. Jong en onbeholpen. Ze doen hun best, maar tonen geen blijk van enthousiasme. Meisjes net van school, zou je zeggen. Enigszins wat onbeholpen verrichtten zij hun verpleegkundige handelingen. Echter op het moment dat je tracht te communiceren wordt direct de telefoon gepakt. Een onduidelijke lijn en een slechte tolk, daar mag je de boodschap aan kwijt. Vervolgens gaat de hoorn naar de verpleegster en mag je hopen dat het goed komt.
In dit geval werd er ook stevig verbouwd in het ziekenhuis. In Nederland sluit je dan een half blok. Her lig je te creperen, terwijl vijf meter verderop de betonboren hun werk doen. Zeg je er iets van worden er wat schouders opgehaald. Ook moet je als patiënt alert zijn, omdat het overal zwerft van de naalden. Geen slordigheid, maar meer een grote mate van naïviteit, die je daar tegen komt. Ik zou er niet willen liggen, want de communicatie is erbarmelijk. En het feit dat iemand mogelijk enig verstand van zaken heeft, wordt zeker niet gewaardeerd, maar vooral ook niet begrepen. Temperaturen (dat gebeurt door “witten”, waarschijnlijk stagiaires) gebeurt onder de oksel. De temperatuur komt dus nooit boven de 37,8 uit. Met een flauwe lach wordt dan geconstateerd dat  de temperatuur goed is…blijkbaar hebben ze nooit geleerd, dat je daar bij deze techniek een graadje bij op moet tellen. Er is dus waarschijnlijk geen enkele patiënt met koorts. En bloeddruk meten weet men soms ook zeer creatief aan te pakken.
Nu was ik positief over de maaltijden, maar drinken wordt niet verstrekt. Gelukkig beschikt iedere kamer over een koelkastje en mag de familie het vocht aandragen.


Ja, het is echt supermodern en chique dat particuliere ziekenhuis. Maar achter de schermen dienen een aantal mensen zich toch eens flink te schamen. Gelukkig zijn er een aantal goed gekwalificeerde en deskundige artsen. De volgende keer wil ik toch eens in zo’n staatshospitaal rond hobbelen. Ik vrees dat je dan echt een hoog Charlie Chaplin gehalte tegen komt….

Geen opmerkingen:

Een reactie posten