woensdag 27 mei 2015

Sokatisme; sociaal woningbeleid

In landen als Nederland heb je een sociaal beleid, waaronder een sociaal woningbeleid. Dit wordt uitgevierd door woningcorporaties. Kijkend naar de verhouding vraag en aanbod reageren gemiddeld ruim honderd mensen op een aangeboden woning. Om die reden wordt er gewerkt met urgentieverklaringen. Het opvallende is dat dakloosheid géén urgentie is. Om een urgentieverklaring te verkrijgen moet nog al wat op tafel gelegd worden. Daardoor haken heel wat mensen af, om een urgentieverklaring te regelen, terwijl zij daar wel voor in aanmerking komen. Ben je dakloos en verblijf je daardoor (tijdelijk) in het buitenland wordt het nóg lastiger een woning te krijgen. In feite is de sociale woningsector vrij a-sociaal wanneer je kijkt naar de opgeworpen drempels. Dan is er de vraag van schaarste. Hoe is het mogelijk dat meer dan honderd mensen op een vrij gekomen woning reageren? Een uitleg is dat er te weinig sociale woningen zijn. Een andere uitleg is dat steeds meer mensen in omstandigheden verkeren dat zij een beroep moeten doen op de sociale huurwoningen. In ieder geval is het niet voor te stellen dat er zo veel mensen dakloos zijn, of een specifieke urgentieverklaring hebben. Dus er is een grote groep die, om welke reden dan ook, wel over een woning beschikken, maar naar een andere woning moeten, of willen.

In ieder geval werkt het systeem in Nederland onvoldoende. Ook vreemd dat dakloosheid geen urgentie is... Zeker in een land als Nederland. Overigens zijn er twee vormen van dakloosheid. Mensen die dakloos zijn, maar dit niet wensen en zich inzetten een dak boven hun hoofd te krijgen en mensen die dakloos zijn vanwege persoonlijke omstandigheden; psychisch, mensen die zich niet willen/kunnen conformeren aan regels (veelal een combinatie met psychische omstandigheden).



Een geheel andere kant van de sociale woningbouw is de hoogte van de huurprijzen. Deze is vaak dermate hoog (en de drempel ligt ook erg hoog, op ongeveer 50% van het netto inkomen, dat dit afschrikt. Subsidie komt tegemoet, maar duidelijk onvoldoende. Vanuit de financiele invalshoek creëert de sociale woningbouw ook een zekere armoede. Dat de overheid de huur tegenwoordig in relatie brengt tot een maximum inkomen is op zich niet verkeerd. De wijze waarop hier de regelgeving van toepassing is werkt echter niet voldoende stimulerend.



In mijn gedachten over het Sokatisme is ook het wonen een punt van aandacht. Ondanks dat het volledig uitschrijven van het Sokatisme een lang en uitvoerig proces is, wil ik hier wel iets kwijt over het Sokatisme en wonen.



Het Sokatisme gaat er vanuit dat (in moderne landen) drie vormen van urgentie zijn; dakloosheid, fysieke urgentie en psychische urgentie. Het Sokatisme gaat uit van een vorm van humanisme en stelt dakloosheid wel degelijk voor als een belangrijke urgentie. Daarbij wordt niet uitgegaan van de gemeente waar de laatste officiële domicilie stond, maar van een regio. Binnen die regio kan men zich overal als woningzoekende, met urgentie inschrijven. Daarbij moet de overheid een overzicht hebben van mensen uit hun regio die onder een urgentieverklaring vallen. In die regio moet het aantal beschikbare woningen 10% hoger liggen dan het totaal aantal urgentieverklaringen. Is dit niet aan de orde, dan is de overheid verantwoordelijk zorg te dragen dat het aanbod op peil wordt gebracht.

In eerste instantie dienen er dus voldoende woningen te zijn voor mensen met een urgentieverklaring. Dit dient halfjaarlijks gepeild te worden. In aanloop zal er mogelijk (snel) bij gebouwd moeten worden, maar wanneer dit systeem eenmaal draait en werkt zal de overheid het aantal woningen prima op peil kunnen houden.

De definitie van dakloos is ook een punt van aandacht. In eerste instantie betreft het mensen die eerder een zelfstandige woning hebben gehad. Voor mensen die niet eerder een zelfstandige woning hebben gehad geldt de fysieke of psychische urgentie. Kinderen die het ouderlijk huis willen verlaten vallen niet onder de urgentie, want die zijn theoretisch niet dakloos. Echter, wanneer kinderen huwen vanuit de ouderlijk woning en tevens een kind verwachten wordt dit wel aangezien als dakloze urgentie.

In geval van scheidingen is ook sprake van urgentie, maar niet direct van dakloosheid. Wanneer een scheiding plaats vindt, terwijl er al sociaal gehuurd wordt, wordt dit gezien als dakloosheid. Bij scheiding vanuit een niet sociale huur of eigen woning wordt alleen dakloos urgentie afgegeven bij kinderen onder de 15 jaar.

Natuurlijk hanteert ook het Sokatisme grenzen inzake inkomen en vermogen.



Aanvullend op dakloosheid kent het Sokatisme het feit dat men een beroep uitvoert, of een bedrijf heeft, wat met name vanuit een onderdak plaats moet hebben. Het klinkt wat cryptisch, maar ik doel hierbij op bijvoorbeeld kunstenaars. Zij kunnen alleen voorzien in extra inkomsten, wanneer zij over een ruimte beschikken hun arbeid te verrichten. Dit wordt verder uitgewerkt bij het onderdeel "basisinkomen binnen het Sokatisme"



Wellicht bestaat de woningdruk op dit moment door de grootste groep, die naar een andere woning willen. Of naar een andere plaats. Het Sokatisme biedt graag die gelegenheid, maar verwijst hier naar de (minimale) 10% overcapaciteit.



Het Sokatisme gaat er vanuit dan met maximaal een kwart van wat er aan geld binnen komt verwoond. De huurprijzen zijn hier op gebaseerd, en kunnen dus zelfs variëren bij gelijke, of gelijkwaardige, woningen. Van belang is daarom wel met een goed interval een check te doen en de huurprijs zonodig aan te passen. Dit geldt voor verhoging, dan wel verlaging van de huurprijs. In het Sokatisme wordt voor de burger uitgegaan van netto bedragen. Huursubsidie bestaat binnen het Sokatisme niet. Het is dus voor iedereen duidelijker waar hij/zij aan toe is. De overheid zorgt voor verdere compensaties. Bij; het Sokatisme en het belastingstelsel wordt hier verder op ingegaan.



Kortom, in het Sokatisme wordt gestreefd een wél sociaal woningbeleid te creëren en zorg te dragen dat iedereen onderdak heeft. Dakloosheid is in principe een "vies" woord binnen het Sokatisme. Dakloosheid straalt armoede, onvermogen en onvoldoende waardering voor de individu uit.



Het hier beschreven deel over wonen is een fractie van de uiteindelijke tekst in het manifest Sokatisme. Sociale woningbouw is een onderdeel van het wonen, maar staat ook in relatie tot werk en inkomen, om maar een voorbeeld te noemen. De reden om nu toch deze sluier op te lichten heeft mede te maken met de eigen ervaring, waar ik tegen de bureaucratie op loop, die niet uit gaat van de individu, maar van de regelgeving. Juist waar het Sokatisme het toch wat anders wil. Officieel ben ik momenteel dakloos en voorlopig is er geen zicht op een woning in de sociale sector. De basis waarop dit een feit is, is naar mijn idee een slechte basis en leidt tot verdere problemen, in plaats tot oplossingen. Met de huidige regelgeving ben ik straks een vrijwel niet bestaand persoon in eigen land, kan iedere gemeente mij weigeren en krijg je een bureacratische neerwaartse spiraal. Met het Sokatisme wil ik aangeven dat het stukken humaner kan!

donderdag 21 mei 2015

In den vreemde: verkiezingscampagne (39)

In mijn vocabulaire is het inmiddels eigenlijk een vies woord geworden; verkiezingscampagne.... Maar goed, eenmaal een politieke ervaring rijker genees je er nimmer meer volledig van. Hoe ik ook mijn best doe de politiek ver buiten mijn zinnen te houden. En dan ga je naar een land waar je zwager ook ex-politicus is en een van onze goede vrienden hier, Fikret Turan (professor doktor) momenteel kandidaat is in de thans lopende campagne. De doorslag om nu over de verkiezingscampagne te schrijven ligt echter elders... Bij mijn mobile telefoon.

Sinds een kleine twee maanden ontvang ik wekelijks een, of meerdere, sms berichtjes, allen afkomstig van de AK partij (de partij van Erdogan). Daarnaast heb ik inmiddels enkele telefoontjes ontvangen. Op een na allemaal van dezelfde partij. Wanneer ik opneem speelt er direct een bandje af. Behalve het woord "AK partisi" versta ik er geen jota van. Blijkbaar gaat het in de campagne niet om de kiezers, maar om zo veel mogelijk mensen te bereiken. Immers, ik ben bepaalt niet stemgerechtigd in Turkije. Dat onderscheid wordt echter via de mobile telefonie niet gemaakt.

Overigens heb ik, tijdens deze campagne, op straat geheel niets gezien van de AK partij. Alleen dus via de andere kanalen. Dat in tegenstelling tot andere partijen, die zich wel publiekelijk tonen en manifesteren.



Voor de goede orde; de verkiezingen vinden plaats op 7 juni 2015 en het betreft lokale verkiezingen. Lokaal is hier anders dan gemeente verkiezingen. Vroeger was Göcek een gemeente, later werd het een onderdeel van de gemeente Fethiye en sinds een jaar valt het onder Mugla. Qua omvang praat je in feite over een kleine provincie. Dat is hier lokaal, en niet geheel zonder reden. Het centrale regime kan op die wijze haar invloed directer uitoefenen. Dit zonder verder commentaar.



In Nederland start de echte campagne meestal een week of drie (vier) voor de verkiezingsdatum. Hier start men een maand of drie (vier) voordien. Verstoten van alle Turkse media wordt je hier, als burger, duidelijk mee geconfronteerd. Iedere partij heeft bestelauto's gehuurd (of misschien wel gekocht) en beplakt met grote foto's van hun kandidaten. Auto's met portretten van alle kandidaten, maar ook auto's met de nummers één tot en met vijf apart. Per partij hebben we het dan over minstens vijf/zes bestelwagens c.q. personenbusjes. De omvang en rijkdom van de partij is te zien aan de vervoersmiddelen. Grotere en rijkere partijen rijden in grote en glimmende auto's, terwijl de kleintjes en armlastige groeperingen in schoongepoetste aftandse barrels rijden. De omvang van de wagenparken verschilt ook. Naast het dragen van de portretten, partijnaam en enkele populistische leuzen hebben alle auto's nog iets gemeen. Bovenop het dak tornen zij grote speakerboxen met zich mee. Luidkeels wordt propaganda afgewisseld met muziek. Dat rijdt door dorpen en steden. Gezien de omvang van het gebied moet je er ook inderdaad de tijd voor nemen. Zelfs de meest verstopte gehuchten worden aangedaan. Daarnaast worden overal bijeenkomsten georganiseerd. Anderhalve maand geleden hier vlak bij. Dat was een bijeenkomst van de hier (lokaal) regerende partij. Honderd meter verder, bij het tuinrestaurant Natural. Deze partij kwam niet alleen met de beschreven voertuigen, nee, deze voerden zelfs zwaailichten en sirenes. Blijkbaar kan/mag dat hier.

Het was een schitterende dag. Vanonder onze waranda hoorden wij vrijwel de gehele middag de verkiezingsretoriek uit de luidsprekers schallen. Af en toe kon je horen dat er ook een discussie plaats vond, of dat men vragen mocht stellen. De stem was zachter en aarzelender. De hele tuin was afgeladen vol met toehoorders. Versiert met vlaggen, vlaggetjes en ballonnen. Een feestelijke bijeenkomst.

Inmiddels zijn overal dergelijke bijeenkomsten. Minder groots, minder nadrukkelijk. Door het dorp zie je groepjes lopen; politici op campagne. Overal verschijnen wagens met partijpropaganda. Nogmaals, van de AK partij heb ik nog niets visueel gezien, nog iets gehoord, behalve via mijn mobile telefoon. Ik kijk reikhalzend uit naar 7 juni. Niet vanwege mijn politieke nieuwsgierigheid, maar ik ga er van uit dat het een ware feestdag wordt, de climax op de afgelopen maanden.



Ondertussen wordt de campagne ook op een heel ander gebied gestreden. Wegen worden in razend tempo opgeknapt, de tweede tunnel (hier bij de pas, om ons dal uit te komen) gaat voor de zevende open. De storingen van het elektranet zijn opvallend laag, op dit moment. Zelfs de ruimte voor demonstraties lijkt iets verruimd. Opmerkelijk hoe een verkiezingscampagne kan leiden tot drukke activiteiten in het openbare leven. Het land wordt in optimaal verzorgde staat gebracht. Waarschijnlijk staakt alles na 7 juni weer, waarna enige verloedering zal aantreden. Dan wordt het weer het Turkije zoals we kennen. Zo schijnt het rond iedere verkiezingscampagne te gaan.en blijkbaar werkt dat goed en is het "volk" daar uiterst gevoelig voor. Toch heeft het wel wat, dat eens in de paar jaar enorm veel gebeurt ten voordele van het land. Daarbij (bij de activiteiten) is duidelijk merkbaar of het om lokale, provinciale of landelijke verkiezingen gaat. Vooral bij de laatste merken de mensen, het jaar voorafgaande, vooral persoonlijk de voordelen. En in Turkije is een kinderhand zeer snel gevuld. Lokaal uit zich vooral in de infrastructuur.

Nu heb ik niet meer verstand van deze verkiezingen, dan puur en alleen mijn persoonlijke waarnemingen. Toch lijkt het dat ook bij deze lokale verkiezingen er ook nog op kleinere schaal gepropagandeerd wordt. Zo zag ik gisteren, in Fethiye, enorm veel busjes en bestelwagens met kandidaten, welke ik nog niet eerder in ons dorp zag. Meer dan concluderen dat het waarschijnlijk een best ingewikkeld systeem is kan ik niet.



Nostalgische gevoelens spelen nu wel een beetje een rol. Immers, in Nederland heb ik actief aan een paar campagnes mee mogen werken. Het valt mij op dat wat ik hier nu op lokaal niveau zie, dit in Nederland te vergelijken is met de landelijke campagne. De lokale verkiezingen, in Nederland, staan hierbij in schril contrast. Het komt mij was amateuristisch over, en vooral is de budgettaire armoede van de Nederlandse lokale politiek iets wat ik zie. Ook zijn de Hollandse campagnes veel te veel naar binnen gericht. Dat wat wel naar buiten getoond wordt komt dan wat kneuterig over. Dat veel Nederlanders het niet zo op hebben met politiek (vooral lokaal) begrijp ik nu beter. Ze worden onvoldoende "lekker" gemaakt. Dat gebeurt in Turkije duidelijk anders. Desalniettemin spreekt men hier over andere problemen. De enorm hoge kiesdrempel (10%) en het feit dat velen er vanuit gaan dat de verkiezingen hier straks gemanipuleerd worden. Tja, nergens is het perfect... Het bevalt mij wel, al deze al deze activiteiten van een afstand te mogen aanschouwen. Meer wil ik mij ook niet meer met politiek bezig houden. Daar ben ik wel klaar mee. Geef mij maar mijn penseel en inktpen.....

maandag 18 mei 2015

In den vreemde: Turkse logica (38)

Groepen mensen hebben hun gewoontes, logica en eigenaardigheden. Kleine groepen, echter ook grote groepen. Ondanks het gevaar te generaliseren wil ik het eens hebben over de Turkse logica. Gedurende diverse vakantiereizen heb ik eigenaardigheden en gewoontes van landen en culturen mee mogen maken. Inderdaad kan je soms in zekere mate generaliseren, maar soms moet je dat echt uit je hoofd laten.

Uit eerdere blogs mag al duidelijk zijn geworden dat er over het gedrag van de mensen in Turkije van alles geschreven kan worden. Op een aantal vlakken zie je de eigenaardigheden bij meerdere mensen terug. Een typisch Turks gedragselement betreft het opruimen. Het lijkt wel dat een Turk die klus klaart, niets opruimt. Een mooi voorbeeld is de tuin. Bij velen zag je in het voorjaar tak van activiteit, vooral snoeien. Een week later lag ieder takje ongeveer nog, waar het gevallen was. De resten van een tafelonderstel heb ik zelf, na bijna drie weken, weg gedaan. Hier geldt dat hij die iets doet, niet opruimt. Opruimen behoort een ander te doen. Is er geen ander, dan kan de boel behoorlijk lang blijven liggen. Onze huisbaas heeft dit jaar de rommel rond het huis opgeruimd. Nou, laten doen. Er was kritiek van familie dat het een wel erg grote zooi geworden was. Dus is er uiteindelijk opgeruimd. Vooral rond klussen en opruimen is hier een vreemde logica aanwezig, waardoor het soms hier en daar een bende is. Op de een of andere manier lijken de gelovige moslims hier het sterkst mee uit de verf te komen, terwijl zij zich zelf vijf keer per dag moeten reinigen. Misschien wel daardoor.

Een ander typische Turkse logica troffen wij aan bij onze buurman, de eigenaar van het brakke landje. Achterin heeft hij weer een moestuin aangelegd. Om die reden mocht ik mijn kippen niet meer op zijn landje laten lopen. Ook zijn kippen mogen het niet meer. Vanmorgen was hij in de weer met oud ijzer en zal een van de komende dagen wel aan de slag gaan er een nieuw onderkomen voor de kippen van te maken. In Nederland zouden we een eenvoudige afzetting om de moestuin plaatsen. Immers, de kippen mogen daar niet meer lopen, maar 's nachts scharrelen de egels en diverse andere dieren om zich te goed te doen aan het jonge groen. Een logica, die ik niet vol. Eentje die veel beter te volgen is, is de logica dat je van alles wel weer iets kan maken. In Nederland noemen we dat recyclen. Een woord wat ze hier niet kennen, maar op uitgebreide schaal doen. Zelfs van de oudste houtjes weet men hier wel raad. De meest gammele auto blijft rijden... Ga zo maar even door. De Turkse recycle drang maakt alles bruikbaar, maar je ziet soms bouwsels, verschrikkelijk. Qua lelijkheid en zeker qua stabiliteit, en dan laat ik de uiterlijke kant maar even buiten beschouwing. Keurig en netjes, naast zooi en gammele bouwsels. Gelukkig houdt het een het ander wel weer in evenwicht.



In het laatste najaar waren we al op zoek, ter oriëntatie, naar een andere woning. We zagen iets wat ons wel aan stond. Huur: €1700 per maand. Een bijzonder object was het niet bepaald. Het stond al zeven jaar leeg en de afbouw liet op zich wachten. Voor een dergelijke prijs huur je iets kleins in Saint Tropez, maar niet een gemiddelde woning in Göcek. Toch was er geen wijken aan, bij de eigenaar. Dus liever niet verhuren, dan wel huur vangen, maar iets lager dan de wens. Nee, hier is de logica dat de verhuurder ( of verkoper) de huur bepaald en onderhandeling is niet mogelijk. Zo zijn we diverse panden afgeweest. Dat was november en alles staat. Nog leeg. Het was niet een uitzonderlijk voorbeeld, je komt het hier overal tegen. Of met een flink bedrag op de eerste rij, of je laat de boel de boel en vangt helemaal niets. Zeker voor een Nederlander een niet te volgen logica. Nu gaan er ook voldoende geruchte de ronde, dat mensen helemaal niet willen verhuren, maar gewoon hun geld vast willen zetten. Ik denk zelf keer op keer dat "witwas praktijken" achter een dergelijk onnozele logica moeten zitten.



Rond tijd treffen we een ander voorbeeld aan. Mijn auto heeft vier nieuwe banden nodig. Dat kost hier de kop niet. Donderdag besteld. Vrijdag, misschien vandaag zouden ze geleverd worden. Dan weet je eigenlijk al dat het op z'n vroegst het einde van de week geleverd zal worden. Kennissen laten een huis bouwen. Drie maanden geleden al kreeg ik te horen: dinsdag komen de ramen. Gisteren zagen we de kennis op de bazaar.  Druk, druk, druk.  Want morgen worden de ramen geleverd. Waarschijnlijk duurt het nog wel een maand. Morgen; van welke maand, vroeg ik. Schouderophalend continueerde zij; morgen wordt geleverd. Ben wel benieuwd....

Afspraken maak je hier om te schenden, te laat te komen, of je te vergissen in de dag. Het went. De logica is dat je een afspraak altijd ruim moet nemen, alleen dan kan je er ontspannen mee overweg.



In Turkije moet je veel, en lang wachten. Soms us het wachten hangen, andermaal is wachten echt wachten. Dat laatste komt overigens het minste voor. Alhoewel... Bij pinautomaten sta je écht te wachten. In Nederland ga je naar een automaat om geld uit de muur te trekken. Hier is dat een bijzaak. Immers je kan hier diverse transacties voeren en allerlei rekeningen betalen. Dat betekent dat men soms eindeloos bij zo een apparaat staat te kloten. Veel Turken blijven er moeite mee houden. Anderen plegen de ene handeling, na de andere. De logica is dat niet iedereen een pc, of dergelijke, in bezit heeft, post niet wordt bezorgd, en niets middels automatische incasso gaat. Ten tijde dat de elektra rekeningen weer uitgedeeld worden kan de wachttijd flink oplopen. Op zich speelt de  overheid handig op de situatie in.

De mensen zelf zijn een stuk onhandiger. Het lijkt er op dat iedere Turk denkt alleen op de wereld te zijn. Desondanks gaat het meestal wel goed. Hooguit wat irritatie, maar hier schik je de zaken altijd in de minne. Politie, Gendarme, of Zabita houd je zoveel als mogelijk buiten de deur. En verder ga je er vanuit dat iedereen geduld heeft. Bij een kassa moet je niet vreemd op kijken wanneer iemand halverwege het afrekenen nog wat boodschappen uit de rekken moet halen. Dan wacht je gewoon. Kwaad worden heeft hier zelden zin en uit zich eigenlijk alleen maar in een averechts effect.

Met alle logica van de logica, in Turkije, mag men er vanuit gaan dat menigeen toch zijn frustratie kwijt moet. Achter de façade lopen heel wat gefrustreerde Turken rond. Wel, daar voor is het verkeer, alwaar je op allerlei mogelijke manieren "los" kan.



De Turkse logica is een voor de westerling moeilijk te doorgronden logica. Misschien moeten we het ook maar niet proberen en gewoon schikken. Vaststellen dat de dingen hier nu eenmaal zo gaan. In het verleden heb ik diverse bezoeken aan Curacao gebracht. Ook daar wordt je geconfronteerd met een aantal eigenaardigheden. Meestal is het in al dat soort landen ook te warm om je druk te maken. En om de locale kronkels te doorgronden... Nee, ook dat kan je beter laten. Zelfs al zit je meer dan je halve leven in een dergelijke cultuur. Pak een terrasje, een biertje, en geniet er van. En laten wel wel wezen; kunnen wij altijd onze eigen logica doorgronden? Not me!

zondag 17 mei 2015

In den vreemde; de nacht (37)

Over dieren in de nachtelijke uren heb ik reeds geschreven. Het orkest, waar we inmiddels redelijk aan gewend zijn. Met uitzondering van blaffende honden, zoals recent toen het hondje aan de overkant loops was. En soms, wanneer een straatbende honden zich voor ons huis ophoudt.

Nu de nachten weer minder koud, dan wel aangenaam, zijn, lijkt het onderscheidt tussen dag en nacht deels te vervallen, wat betreft menselijke activiteit, dan wel de geluiden welke zij voort brengen. Desalniettemin zijn er tal van verschillen. De grootste wellicht is dat de bevolking van de nacht bijna geheel uit mannen bestaat. Uitzonderingen zijn blondines, meestal in hotpants of korte rokjes, die (vrijwel altijd stevig aangeschoten) met "iemand" mee lopen....



Mijn nachten zijn onrustig en zeer frequent verlaat ik het bed. Op zeer verschillende tijden tussen een uur of een en de vroege dageraad, rond een uur of zes. En altijd is er activiteit... Natuurlijk is het niet prettig iedere nacht op te zitten, maar gelukkig geeft het ook weer de nodige inspiratie. En wat dat betreft gebeurt er genoeg. Alleen, in een grote stad kan ik mij al die activiteiten voorstellen, maar in een relatief klein Turkse toeristische badplaats... De nachten in een stad als Haarlem zijn nog rustiger, dan wat zich hier allemaal af speelt.

De duistere kant van de activiteiten inspireert mij. Laatst. Stapvoets rijdt een auto langs. Stopt en doet de motor uit. In de auto wordt luid gelachen. Dan stappen twee jongens baldadig en luidruchtig uit. Net buiten mijn zicht houden zij zich op bij het bankje. Het lijkt of daar nog iemand is. Dat blijkt niet het geval. Na enkele minuten gaan de jongens weer in de auto zitten. De volumeknop gaat open en Turkse popmuziek schakt door de straten, vermengd met hanengekraai en honden geblaf. Dan gaat de knop iets zachter. Meerdere nummers worden voortijdig weggedraaid. Dan starten ze de auto en kruipen verder. Net buiten zicht stopt de BMW weer. Muziek. Stilte. Dan opeens een loeiende motor en met gierende banden verdwijnt de auto... Even later herken ik het geluid van de auto, die de rondweg als circuit lijkt te gebruiken. We zijn een kwartiertje verder, maandag nacht rond vier uur.

Een andere nacht. De hele tijd zit iemand te praten, duidelijk alleen. Met een mobiel dus. Een eindeloos gesprek, vanuit de speelplaats, annex openbare fitness. Überhaupt zie je hier (en hoor je hier) veel lui bellen. Op de brommer, lopend, in de auto, op bankjes, in de ochtend, middag, avond en 's nachts. Bij voorkeur dragen ze een mobiele telefoon in (onhandig) pocket formaat. Groot is belangrijker dan praktisch.



In de nachtelijke uren verbaas ik mij niet meer. Diverse auto's passeren geheel zonder enige verlichting te dragen. Daarnaast een redelijk aantal zonder voor verlichting, terwijl achter alles keurig brandt. Ik vernam eens dat er nog heel wat Turken zijn, die denken dat je dan zuiniger rijdt, of de accu langer vol blijft. En zien is niet zo belangrijk als gezien worden. Ondanks dat ik geen verklaring voor deze vreemde wijze van het dragen van de verlichting heb, verwijs ik dat andere naar het land der fabelen.

Makkelijker is iets te bedenken bij de gasten die juist opvallend licht voeren. Een brommer met een blacklight onder het stuur. Een andere brommer geflankeerd met blauwe neonverlichting. Xenon lampen op een scooter. Felle LED boven je nummerbord. Rode, blauwe, gele koplampen. Oranje peertjes aan de zijkanten. En, wat ik wel ken uit Amerikaanse documentaires, bodemverlichting in diverse erotiserende tinten. Met name bij de auto's met bijzondere verlichting is er altijd wel een lampje kapot. Vaak zit er ook nog een muziekinstallatie ingebouwd, die in een bescheiden concertzaal niet zal misstaan. Bij sommige typen denk ik wel eens, dat de wagen alleen vooruit komt door het gedreun van de bassen. Met name wanneer het een oude Tofas betreft is het mogelijk nog een reële gedachte ook.



Naast het gemotoriseerde vervoer hebben wij het voetvolk. Vaak 's nachts slenterend en luid discussiërend. Wanneer de discussie hoog op loopt blijven ze staan. Of het nu pal voor een woning is, maakt niet uit. Iets wat regelmatig voor komt. Maar ook wanneer men zicht alleen door het nachtelijk duister voort beweegt is stilt de mens vreemd. Of het overdag, avond, dan wel midden in de nacht is, luid telefoneren  is een bezigheid waar men hier altijd mee uit de voeten kan.

Rond de klok van half vier is er een vaste passant. Een man op een fiets met een mandje voorop, zonder spatborden, zonder licht. Steevast rijdt hij aan de andere kant van de weg. Rijden... Het beweegt voort. Iedere keer verwacht hij dat hij tegen de grond kwakt. Een zeer laag tempo en ook de breedte van de rijbaan heeft hij regelmatig nodig, alhoewel anders de hoge trottoirrand een obstakel kan blijken. Bijna tot mijn teleurstelling verdwijnt hij telkens al fietsend uit mijn blikveld.



Voor zover ik mij herinner heb ik al eerder melding gemaakt van het ritueel der dienstplichtigen. Die jongens rijden in een auto, waar een grote Turkse vlak vastgeklemd zit tussen boven en onderzijde van de vijfde deur, dan wel de motorkap. De laatste avond scheurt het, luid claxonnerend, door het dorp. Maar dat doet zo'n vogel niet alleen. Nee, een hele schare auto's volgt, luid en nog luider claxonnerend. Het eerste rondje verloopt nog enigszins ordelijk, maar naarmate de nachtelijke uren vorderen wordt het steeds meer een rijdende chaos. De jongens zijn trots dat ze Turk zijn het het land mogen dienen. De meesten van hen komen niet verder dan ondergeschikte baantjes in een armzalig bestaan... Er komt ook niemand zo uitbundig uit het leger; ik ben trots, ik heb het land gediend... Nee, in dertien maanden is de krenking te groot om met een zelfde luidruchtigheid terug te keten in de burgermaatschappij.



Hoe triest velen de nacht ervaren, hoe enorm geniet ik van de verrassingen, wanneer de zon ver uit het zicht is, het nadeel is natuurlijk mijn onvolkomen slaapgedrag, maar mijn observerende bezigheden compenseren absoluut.

donderdag 7 mei 2015

In den vreemde: Beton (36)

Het bouwproces, in Turkije, is in Hollandse ogen een onbegrijpelijk proces. Daar waar in Nederland enkele weken nodig zijn, bouwt men hier in nog geen week. In ons dorp zijn ieder jaar weer heel wat bouwputten. Sinaasappelboomgaarden worden opgeofferd, evenals oude idyllische pandjes. Niet ver van ons vandaan werd enige tijd een enorme bouwput aangelegd. En ook zeker vier meter diep. Bergen aarde. Er gebeurde verder niets. Tot twee weken geleden. Een cavalerie aan betonauto's denderde door de straten. Op twee plaatsen werd het beton in de kuil gestort. De volgende dag al was een legertje arbeiders die hele vlier aan het bedekken met betonvlechtwerk. Een dag later werd laag twee, nu dus gewapend, al gestort. Weer een dag later waren de vlechters bezig met het bekisten en vlechten van de verticale delen. Dag later: storten. Inmiddels ligt ook de vloer van de begane grond er en zijn de eerste verticale contouren reeds zichtbaar. In dit tempo staat er binnen drie weken een betonnen karkas van drie verdiepingen. Nu lijkt dit een haastklus, maar op zich is dit hier het normale bouwtempo. Je ziet wel bij sommige huizen dat er stagnatie ontstaat bij een volgende stap (metselwerk, metaalwerk, en ga zo maar door). De stappen kunnen lang op zich laten wachten, maar zoals hierboven kan het ook in een ruk door. Zoals in het dorp, langs de waterkant. Daar is binnen een maand een heel nieuw pand verrezen. Dat wil zeggen, dat de muren zijn afgewerkt en het dak er op zit.

Met verbazing kijken wij 's avonds en zelfs 's nachts naar de passerende voertuigen. Grote vrachtwagens, soms zes of zeven in rij. Of heen leeg en terug vol (met bijvoorbeeld zand), of heen vol (zand of stenen) en terug leeg. De betonwagens zijn niet te tellen. Opvallend zijn de tijdstippen van deze activiteiten. Je gaat er dan van alles bij verzinnen. Wellicht gebeurt er ook veel illegaals. Wie zal het zeggen....



Ook schijnt er na een bepaalde datum geen bouwactiviteit meer te mogen plaats vinden. Zeker omdat de schare toeristen zich daar aan zou kunnen storen. Die datum ligt inmiddels achter ons. Toch wordt er nog steeds volop gebouwd. Er verrijzen de meest afschuwelijke panden. Veel nutteloos en nog meer zal nog lang leeg blijven. Immers, de helft van het dorp staat zeker een half jaar leeg en het aantal panden waar langere tijd niets mee gedaan wordt is hoog.

Het gebied hier is een area waar nog wel eens een aardbevinkje plaats vindt. Huizen dienen dus bestendig gebouwd te worden dit natuurgeweld te weerstaan. Inderdaad, het beton is gewapend... Ik kan mij herinneren, bij het zien van vele bouwprogramma's, dat gestort beton altijd wordt getrild. Dat kennen ze hier in ieder geval niet. Ook weet ik dat beton ook tijd nodig heeft goed uit te harden... Het tempo hier staat naar mijn berekeningen niet helemaal gelijk aan de uithardingstijd in relatie tot de toch veel hogere temperatuur...

Het geraamte wordt opgebouwd van beton, maar de muren worden van steen gemetseld. Dit zijn holle stenen, bijna vierkant. De steen lijkt te zijn gebakken van dezelfde kleisoorten en wijze als die van dakpannen.

In dit gebied mag niet hoger gebouwd worden dan twee etages en een dak. De creativiteit toont dat de zolder zo ontworpen kan worden dat deze intensief gebruikt kan worden en soms zelfs een vrijwel volledige etage is. De dakspanten worden van metaal verwaardigd. Gelaste delen. Daar overheen gaat een soort multiplex en (zo waar) isolatie. Tot slot worden de pannen in rap tempo gelegd. De levering van raamwerk kan daarentegen nog wel eens lang op zich laten wachten.



In het dorp zijn enkele (bedrijfs)panden die er uitzien aks stevige bouwwerken. Echter, geheel opgetrokken van aluminium waartegen grote platen pershout zijn genageld. Door een aardig stucklaagje aan te brengen toont het heel wat.



Dat er anders gebouwd wordt dan in Nederland mag wel duidelijk zijn. Nu is men in Nederland soms wel erg protectionistisch en betuttelend, hier lijkt er genoeg ruimte voor een aardig potje cowboy gedrag.



Maar dan. De zelf bouwsels van de "gewone man". Schuurtjes, dierenverblijven, garages, carports, noem maar op en verzin maar wat je in een tuin kan bouwen. Hier tref je dat aan. Veel wordt er gebruik gemaakt van resthout, plastic en van die metalen gaaswerken (waar je in Nederland heel leuk keitjes tussen kan doen). Bouwvallen, die niet tegen de vlakte zijn te krijgen. Een berg hout, wat een hok blijkt. Van de ene verbazing kan je in de andere rollen. In Nederland zie je het heel soms nog een beetje, bij een oud boerenbedrijf, ver van de bewoonde wereld. Kippenhokken vallen niet van ellende uit elkaar, maar blijven juist vanuit ellende overeind staan. De zooi, de bouwsels zouden in Nederland direct leiden tot een bezoekje van de BOA, waar tegenwoordig iedere gemeente wel over beschikt. En, direct afbreken! Hier, afbreken?  Nee, dat gebeurt zelden. Het gebeurt wel, maar onder wel zeer bijzondere omstandigheden. Sterker illegaal bouwen is hier toegestaan, mits je een aantal regels in acht neemt. Maar goed, hoeveel illegale bouw ik, als raadslid, wel niet gelegaliseerd zien worden... Zelfs in Nederland is zo iets dus lucratief, met al onze regeltjes.



Maar goed. Tot nu toe is de zwaarste beving 5 op de schaal van Richter geweest, sinds wij hier zijn. Toen bleef alles overeind (zelfs onze van sinaasappelkistjes gebouwde meubels), maar ik ben toch benieuwd wat er gebeurt als de kracht 6 of hoger is. Dan kan je zien of er echt slecht gebouwd is. Een aantal jaar geleden, bij een zware aardbeving in de buurt van Bursa, bleken heel war gebouwen hun aard te verraden, door hopeloos in elkaar te zakken. Een voordeel, dat je hier niet hoog mag bouwen. Misschien zullen we het ooit beleven... Dan zijn de scheurtjes in Groningen waarschijnlijk toch nog veel risicovoller. We zien wel....

vrijdag 1 mei 2015

Vallen en opstaan

Mensen, die mij kennen, zijn bekend met de problemen rond mijn voeten. De een in detail, de ander meer globaal. Nu ik ouder word merk ervaar ik het steeds meer als handicap, zonder dat ik daar nu echt onder gebukt ga. Het is alleen wel lastig; ik val vaker en sneller.



Mijn twee volle broers en ik hadden als kind te korte achillespezen. De oudste minimaal, de jongste redelijk fors. Een ieder begrijpt vast, dat ik de jongste ben. En in mijn jeugd ben ik daar op zich niet zo mee bezig geweest. Tot mijn moeder zag hoe vreemd ik liep. Dus ook met mij ging ze naar het ziekenhuis, toen nog Sint Joannes de Deo, in Haarlem. Aldaar kwamen wij bij dokter van Delft. Een kleine drukke man van Indonesische afkomst. Woorden ratelden uit zijn mond, maar ik vond vooral zijn verhalen indrukwekkend, zoals hij vertelde hoe hij in de bush operaties uitvoerde. Mijn moeder was gecharmeerd van hem. Steeds vaker ging de gang naar het hospitaal. Ik werd van school gehaald en twee tot drie uur wachten leek normaal. Uiteindelijk vrijwel tweemaandelijks. Het mag duidelijk zijn dat ik in die periode een "wachttrauma" heb opgelopen. Dat terzijde.

Net als mijn broer kreeg ik steunzolen aangemeten. Keer op keer bezocht ik de gipskamer voor nieuw afdrukken. Eerst zachte steunzolen, die ik in korte tijd plat liep, later metalen. Wel drie millimeter dik hard metaal... Ik presteerde het om binnen drie maanden dat zware staal te breken onder het gewicht van mijn voeten. Ook het staal verloor bovendien vorm.

Kort nadat ik naar de middelbare school mocht kwam ik weer bij van Delft. Zorgelijk schudde hij het hoofd. Een operatie leek niet af te wenden. Een uitgebreide uitleg over hoe hij mijn achillespezen zou verlengen. Het zou een zware operatie worden (gezien mijn leeftijd; pubertijd), maar daarna zou alles binnen twee jaar goed komen.  De operatie zou tijdens de zomervakantie van 1970 plaats vinden. Ondertussen ontving ik verhalen dat ik de operatie misschien niet zou overleven, zwaar gehandicapt zou worden, enzovoort. Toen nog vrij angstig aangelegen trok ik mij alle somberheid sterk aan. Het eerste gevolg was dat ik mijn eerste middelbare school jaar volledig verprutste. Vervolgens zakten mijn sportieve activiteiten (hockey destijds) als een plumpudding in elkaar.  In toenemende mate groeide de angst. Uiteindelijk zou ik na het huwelijk van mijn (half)broer geopereerd worden. Alles ging snel. Ik was blijven zitten, maar was ook nauwelijks in staat te lopen. Dat deed pijn en mijn benen waren stram.



Begin juli werd ik opgenomen. Een afdeling met broeders, zoals een goed (toen nog) katholiek ziekenhuis betaamde. Eerst werd mijn eerst voet geopereerd, een week later de andere. Mijn onderbenen zaten in dik verband, en na twee weken in nog dikker (en zwaarder) gipsverband. Lopen was absoluut verboden. Ondertussen onderging ik veel pijn, maar was opgelucht levend de operaties te zijn door gekomen. Overigens bij het uit de tweede narcose komend ben ik een dag lang kompleet de weg kwijt geweest. Ik was zo gek als een deur. Na drie weken mocht ik naar huis. Beneden in de huiskamer was een groot bed neergezet, ernaast een rolstoel. Zo een met vier kleine dikke grijze rubberen wieltjes. Om zelfstandigheid in zo'n stoel te ontwikkelen was enige fysieke inzet en behendigheid vereist. Al snel lukte het mij zelfstandig naar het dorp te rollen. Waarom ik nooit een stoel heb gekregen met grote achterwielen is mij nog onduidelijk.

Mijn jongste broer maakte af en toe een wandelingetje met mij. Opvallend dat vrijwel iedereen tegen mijn broer over mij begon, of ik een zware hersenoperatie had ondergaan en volledig verstandelijk beperkt was geworden. Jong als wij waren hebben wij dat natuurlijk ook weer uitgebuit.

Na een periode rolstoel kreeg ik loopgips. Oude gympen werden open geknipt en onder gebonden. Enige tijd pendelde ik met loopgips tussen een voortschrijden met krukken en voortgeduwd worden in de rolstoel.

Langzaam werd mij duidelijk dat mijn pezen geheel niet verlengd waren. Omdat ik een manier had gevonden mijn voeten plat neer te zetten had ik hele (te) brede voeten. Nu had hij mij onder narcose zien liggen en had besloten mijn spieren langs de buitenkant van mijn voeten op te trekken en aan te passen. Met beide voeten had hij hetzelfde gedaan. Iets wat nu ondenkbaar is: een arts die, zonder enig overleg, op een operatietafel besluit een andere operatie uit te voeren dan afgesproken. En levensbedreigend was deze ingreep bepaald niet.

Mijn moeder gaf iedere keer weer blijk van alle begrip. Nu was zij ook bijzonde gecharmeerd van deze rap sprekende Indonesiër. Het gips ging er af... Mijn benen schoten iedere keer de lucht in, wel twee weken lang, daar de hersenen de krachtsinspanning zo op het zware gips gewend waren, en toen soms al traag werkten. Onze "silly walks" van Monty Python is hier vast en zeker van afgeleid, want ik was daar wel het eerste mee!



De tijd vorderde. Ik bleef zeer regelmatig uren in de wachtkamer door brengen. Mijn moeder altijd trouw aan mijn zijde. Het lopen bleef echter een probleem. Steunzolen bleven splijten. Een jaar of twee na de operatie gaf de arts aan nu toch de pezen te willen verlengen. Eindelijk ontwaakte mijn moeder uit haar adoratie. Zij wilde een second opinion.

Ondertussen werden ook wat zaken duidelijk. Inmiddels was ik 16 en ruim 1 meter 86 lang. Mijn schoenmaat was echter maat 40. Met mijn lengte zou ik op zeker vier tot zes maten groter moeten zitten. Mijn bewegen was er niet beter op geworden en ik had meer pijn dan voorheen. Ook leken mijn voeten anders van vorm. Een second opinion leek na de boodschap van de arts dus zeker op z'n plaats.

In een ander ziekenhuis werd ik uitgebreid onderzocht. Om te beginnen was de wachttijd daar in normale proporties, iets meer dan een half uur. Vervolgens kregen we een paar mededelingen, welke wij niet eerder zo helder hebben mogen ontvangen. Als eerste had deze operatie nooit zo mogen worden uitgevoerd. Eerst hadden de pezen moeten worden verlengd. Daarna eventueel de spieren opgetrokken. Ik had de operatie op een verkeerd moment ondergaan; tijdens een enorme groeischeut (ik blij dat ik aan beide voeten geholpen ben...). Bovendien hadden we te lang gewacht en waren mijn voeten nu vergroeid. Mede door de groeischeut en de leeftijd waren mijn botten samengegroeid en was de groei een eigen weg gegaan, waardoor ik een bobbel onder mijn voeten had gekregen aks ook een bobbel aan de binnenzijde. Pure bot groei.

Opereren durfde hij niet. Per voet waren zeker vijf operaties nodig om de boel te herstellen. De kans op stabiliteit of verbetering was inmiddels ver onder de vijftig procent. Mijn moeder bleek nog ergens sympathieke gevoelens voor van Delft te hebben en sleepte mij mee naar nog een andere orthopeed. Zelfde verhaal. Nu zelfs met een nogal concrete boodschap: zo rond mijn veertigste zou ik niet meer kunnen lopen en mijn leven in een rolstoel slijten.

Nog een krap jaar heb ik gesport, tot ook dat niet meer lukte. Ziekenhuizen meed ik als de pest en probeerde mijn leven op mijn manier in te richten. Angst had zich nu nog meer in mijn "zijn" genesteld.



Pas nadat ik het ouderlijk huis had verlaten ben ik zelf naar een orthopeed gegaan. De boodschap was niet veel anders dan zijn voorganger ons had mee gegeven. Ondertussen was mijn moeder overleden en werd van Delft publiekelijk aan de schandpaal genageld, via KRO Brandpunt. Van Delft had meer leven geruïneerd en er werd een forse schadeclaim uitgekeerd. Echter, eenmaal wakker geschud, meer volwassen en assertiever, toen ik mijn best deed mijn "gram" te halen was mijn hele dossier onvindbaar... Evenals van Delft...



Wel werd erkent dat ik fysiek beperkt was. Ondanks dat ik er geen uitkering voor kreeg had ik wel recht op een aangepaste auto (werd mij ut het niets aangeschreven). Ik kon inderdaad een DAF krijgen van de overheid, maar ook daar voelde ik mij te jong, te zelfstandig en echt te weinig gehandicapt voor.



Je leert met de dingen leven. Zo is het mij ook vergaan. Vanaf mijn dertigste kreeg ik vaker onverklaarbare pijnen en "restless legs". Regelmatige rugklachten dezen zich ook voor. Mijn onderbenen bleven iele pootjes. Vanaf mijn veertigste ging ik regelmatig door mijn rug en ontwikkelde zich onverklaarbare pijnen, ergens diep in mijn benen. Maar een streven leek ik te hebben overwonnen: op mijn veertigste liep ik nog! En dat steven zal ik zo lang als mogelijk houden.

Op mijn 48e werd een zware hernia vastgesteld. Niet operabel bovendien. Het zou nog geruime tijd duren voor de link werd gelegd tussen mijn hernia en de belabberde staat van mijn voeten. Negen jaar, om wel te zijn. En dan nog met dank aan de vechtlust en het doorzettingsvermogen van mijn vrouw. Inmiddels draag ik orthopedisch schoeisel (of slippers), maar blijven de klachten. Soms meer, soms minder. Door de vergroeiing in de botten aan de onderkant is ieder stap die ik zet alsof ik een tik met een zware hamer krijg, aldus een arts die ook graag metaforen gebruikt. In ieder geval is de boodschap duidelijk.

Na 12 jaar raak ik gewend aan de vele pijn. Pijn is niet leuk, maar het ergste vind ik altijd dat pijn zo vermoeiend is. Ik word er letterlijk bekaf van. Medicatie verzacht, maar ontlast beperkt. Ik heb zelfs een periode morfine gebruikt, maar ook daarvan verminderde de uitwerking, terwijl de fysieke verslaving wel toe nam.



Langzaam loop ik tegen de zestig. Letterlijk, want ik loop nog steeds. Alleen een nieuw fenomeen duikt steeds meer de kop op. Tegenwoordig val ik sneller en vaker. Ik wankel soms. Laatst struikelde ik over een randje van amper twee centimeter. Gisteren nog ging ik languit. De grooste schade was glasschade van drie (van de zestien!) lijstjes die ik in mijn hand droeg. Soms zullen mensen denken dat ik half bezopen rond loop, maar ik word gewoon iets instabieler. Gelukkig heb ik goed geleerd mijn val te breken. Die schade blijft fysiek dus beperkt. Wat mijn voeten betreft ga ik blijkbaar een nieuwe periode in: vallen en opstaan. Dat laatste zal ik nog zo lang mogelijk blijven doen. Opstaan.... en verder lopen!