donderdag 24 november 2016

Kritiek

Het moet de Calvinistische inslag zijn, waarbij men zuinig en zuur is. Het is een Nederlandse hobby. Geen volk zo erg als die Hollanders, wanneer het gaat over het leveren van kritiek. Met een grote nadruk op negatieve kritiek. Geen opbouwende (negatieve) kritiek, maar boute ongemotiveerde onthoofdingen.

Op diverse fronten valt het mij keer op keer op. Afkraken en veroordelen. Op zich kan je daar niets mee. Overigens voor positieve kritiek (vele malen schaarser in het Calvinistische platte land) geldt het zelfde.
Op Facebook vertoon ik veel van mijn werk. Vooral de tussenfasen, de weg naar het resultaat toon ik, opdat men kan zien hoe een schilderij tot stand komt. Zowaar, vrij veel positieve reacties. Het gaat daarbij niet over de "likes", maar de commentaren. Woorden als "mooi", "prachtig" en "gaaf" passeren de revue. Zelf doe ik er overigens ook, te vaak, aan mee. Toch zegt zo'n opmerking niet zo veel. Want wát er er dan mooi, prachtig, of gaaf? De kleuren, de opbouw, de fantasie, de vormen? Geen idee, want die informatie ontbreekt. Toch zou ik dat willen weten, zodat ik mijn sterke kanten leer, mijzelf kan verbeteren. Inzichten verkrijgen, dan wel bevestiging krijg dat ik mijn figuren en objecten op de juiste wijze mismaak. Gelukkig, soms ontvang ik wel positieve kritiek, die mij verder helpt.
Negatieve kritiek is niet anders, veelal wel botter. Soms wat uitgebreider; "dat is geen kunst", "dat is technisch zwak", "stuitend", maar ook kritiek van dat het walgelijk is, lelijk, onsmakelijk en dergelijke. Ook kritiek waar je geen kant mee op kan. Bovendien, wie bepaalt of iets kunst is of niet, en hoe zit het met de definities van technische kwaliteiten? Ten eerste is niets breder dan kunst. Te beginnen bij de naturalistische stillevens tot het meest abstracte werk. Bij naturalistisch werk kan je enigszins beoordelen of het werk technisch goed is. Het is een aparte tak van de sport, een die ik veelal waardeer, maar ook een tak waar het naturalistische het veelal wint van het creatieve. Voor het ambachtelijke deel heb ik ontzag, de techniek is absoluut niet eenvoudig. De andere kant is, een goede meubelmaker (die zijn vak verstaat) maakt goede meubels. Juist een naturalistische schilder die creatieve aspecten toe voegt heeft nog meer waardering. Van het naturalisme gaan we naar het surrealisme. Een herkenbare wereld, maar de realiteit wordt veranderd. En de stap daarna is dat ook vormen veranderd worden. Impressionisme volgt hierop en zo gaan we verder tot het werk abstracter en abstracter wordt. Abstract heeft niet mijn voorkeur, maar ik kom werk tegen wat oogstrelend is. Vorm en kleur en combinaties daarvan trekken mijn aandacht. De andere kant is dat abstract ook heel veel neigt naar kinderlijk geklieder, waar ik geen enkele waardering voor heb. Toch liggen de lijntjes soms heel dun en het is nauwelijks in woorden te vatten, wat nu maakt dat het ene werk goed is en het andere bagger. De verschillen zijn heel subtiel.
Even terug naar de meneer, die mijn werk technisch zwak vond. Bij deze kritiek, waar ik dus niks mee kan, ga ik er wel vanuit dat het iemand is die het ambacht verstaat. Dus zoek je hem en zijn werk op. Blijkt deze meneer vooral portretten te maken. Tekenen eigenlijk. En technisch... De man werkt slordig, de vormen zijn onregelmatig, kortom het ziet er niet uit. Toch durft hij te zeggen dat ik geen kunst maak en mijn werk technisch zwak is. Wat is de waarde van dergelijke kritiek?
Mijn werk oogst momenteel veel waardering. Dan denk ik toch iets goed te doen. Bovendien ben ik zelf, over het algemeen, tevreden met mijn werk. Het lijkt wel, hoe meer waardering ik ontvang, des te triester wordt de negatieve kritiek. Ja, het Calvinisme lijkt de kop op te steken: kom je boven het maaiveld uit, hakt men je kop er af. Laat ik de negatieve, loze, kritiek dus maar als compliment zien.

Van heel andere orde is de negatieve kritiek op politiek vlak. Momenteel zijn Trump en Sylvana Simons grote voorbeelden. Wilders wellicht ook. Maar Trump, een man die niemand kent, tijdens de campagne heeft hij verschrikkelijke gezegd. Toch is hij verkozen tot president. En men blijft zich focussen op Trump. De kritiek stroomt als een grote rivier over hem heen. Ja, ook bij mij weet hij gevoelens van onsympathiek mens op te roepen. Toch lijkt het niet juist de focus nu alleen nog bij hem te laten. Verbaal wordt hij ook al veel ingetogener. Hij wordt president, dus we moeten hem die kans geven. Helaas, misschien wel. Toch hoor ik weinig kritiek over het feit dat het kiesmannen stelsel eigenlijk een verkeerd stelsel is, en nog minder kritiek over het feit dat ruim 62 miljoen Amerikanen op hem gestemd hebben. Dat er twee miljoen meer op Hillary hebben gestemd is een feit, maar zegt weinig. Het is het stelsel, en het zijn de kiezers. Daar hoor je nauwelijks wat over, want de kritiek blijft zich op Trump focussen. Kortom, ook een vorm van kritiek, waar je niet veel mee kan, en tevens afleidt van waar het over zou moeten gaan. Eigenlijk ook heel Calvinistisch kortzichtig.
Dat Sylvana heeft laten zien dat ze vreemde gedachten heeft en misschien niet spoort mag inmiddels duidelijk zijn. De kritiek, welke zij ontvangt is echter nog erger dan de ideologie waar zijn voor staat, met als hoogtepunt de gefotoshopte plaatjes van de publieke terechtstelling uit de jaren dertig (of wanneer dan ook). Een wel heel vergaande vorm van kritiek, waar je totaal niets, en dan ook niets, mee kan.
Legio voorbeelden zijn er te noemen. Kritiek gaat veelal niet over de inhoud, maar wordt gevoed door persoonlijk sentiment. Juist daarom kunnen wij zo vaak niets met kritiek.

Nederland is een zeer dichtbevolkt land. We leven op elkaars lip. Tolerantie slinkt en dat vertaald zich in kritiek. Veelal negatieve kritiek. We gaan meer en meer op elkaar letten en reageren vanuit onderbuikgevoelens. De realiteit verliezen we eigenlijk uit het oog.
Laten we elkaar eens, weer, wat meer gunnen. Steun elkaar en geef elkaar iets mee. Gooi dat Calvinistische keurslijf af. Let minder op elkaar, zie niet alles als een probleem (zoals bijvoorbeeld met de Zwarte Pieten discussie). Het is niet eenvoudig. Ook ik betrap mij er te vaak op kritiek (positief en negatief) te leveren, die feitelijk geen inhoud heeft en niets zegt. Laten we elkaar niet langer in die vicieuze cirkel houden. Hou op zuur te zijn en stimuleer elkaar, met goede onderbouwing, gemotiveerd. Misschien, heel misschien, leidt dat tot een iets betere wereld!

dinsdag 22 november 2016

Hondenleven

Twee gevaarlijk uitziende bekken betasten elkaar met de grootste voorzichtigheid. Scherpe tanden, een rij snijtandjes. De lippen iets opgetrokken, maar aan de achterzijde kwispelen twee staarten ten teken van het grootste plezier.
Ademloos kan ik lange tijd dit tedere spel aanschouwen. Onze hond Loulou heeft sinds kort een maatje, Emma. Loulou is een Golden Retriever. Wij hebben haar nu bijna en jaar. Toen zij kwam was ze vier maanden oud en aangeschaft als maatje voor Ventje. De reden was best triest, omdat ons andere hondje, Noah, erg ziek was en ook niet meer beter zou worden. Gelukkig konden Ventje en Loulou het uitstekend vinden, ondanks dat de formaten van beide meer en meer verschilden. Ventje is immers zo’n klein hondje, terwijl de Golden wel drie keer zo groot wordt.
Loulou is nog jong en gedraagt zich jong, terwijl Ventje alweer 9 jaar oud wordt. De grote hond wordt wat te wild en te enthousiast voor die kleine knul. Dat stelden we wel vast, doch zonder verdere consequenties. Tot het moment dat wij eindelijk weer een woning in Nederland kregen. Een bejaardenflat in IJmuiden. Vanaf nu kunnen we met gemak voldoen aan de eis vier maanden per jaar in Nederland te zijn. Maar om elkaar nu altijd af te wisselen… In dat geval zouden we nog maar vier maanden per jaar samen zijn. Natuurlijk houdt zoiets het huwelijk vast en zeker goed in stand, maar het is niet wat onze voorkeur heeft. Daar de flat zo ontiegelijk klein is en buitenruimte ontbreekt is het geen ruimte om Loulou mee naar toe te nemen. Ventje wel, die kan daar wel rond banjeren. Een ander voordeel, Ventje mag in de tas mee in het vliegtuig. Daardoor kunnen wij samen naar Nederland. Misschien niet altijd, maar wel zo veel mogelijk. Alleen, wat doen we dan met Loulou? Lullig om die hond alleen te laten en ergens onder te brengen. Dan is al snel één plus één twee. Een maatje voor Loulou! Dan wordt én Ventje iets ontlast inzake de aandrang van dat grote dier, én Loulou heeft een maatje waar zij samen mee ondergebracht kan worden, zodat er altijd sprake is van een blijvend roedel. Afgezwakt weliswaar, maar niet zielig alleen. Nee, samen uit logeren. En logeeradressen hebben we al gevonden.
Dus, op zoek. Een telefoontje gaf aan dat er een Golden, ongeveer even oud als Loulou, los rondloopt. Geen eigenaar en een lief dier. Dus wij afspreken en naar het strand, waar de andere hond zich dagelijks schijnt te melden. Alleen niet de dag dat wij er waren. Na vier uur onverrichter zake terug naar ons dorp. Onderweg besloten we bij de kennel te kijken. Daar zitten rond de 170 honden, terwijl er plaats is voor een kleine 120. Na een eerste rondgang belden we een van de vrijwilligsters voor een afspraak. De volgende dag gingen we terug. Na enige tijd vonden we Helena. Ook een Golden Retriever, en een dame. Lief, aardig en fors. Mee in de auto en thuis kennismaken met de andere honden, en kat. Dat leek goed te gaan, ware het niet dat de hond zich zeer solistisch opstelde, wel heel erg gefixeerd was op eten en uiteindelijk lelijk deed tegen de kat, en… Ventje. En met Loulou was niet echt een klik.
Met enig lood in he schoeisel zijn we terug gegaan naar de kennel en hebben wij afscheid genomen van Helena. Vervolgens weer de kooien langs. Bij een van de kooien, waar wij overigens nog niet eerder gekeken hadden, stond een klein licht bruin hondje. Los van de groep, van tien anderen, en de staart tussen de benen. Met een alleraardigs kopje. Onze harten werden direct gestolen. Het hondje werd in de loopren gelaten en dook direct een hoek in, waar het (met de staart tussen de poten)ging liggen. Reina ging er naar toe en kreeg contact. Ja, dit hondje moest het worden.
Met de hond op schoot gingen we naar huis. Onderweg besloten we haar Emma te noemen. Emma is rond de acht maanden oud en een vuilnisbakkie. Rank, mooi hoog op de poten en prachtige gele ogen. Uit de auto snuffelde ze rond. Bij iedere beweging merkte je dat het hondje erg angstig was, maar ze reageerde goed op onze honden en omgekeerd. Als een timide baby’tje lag ze op de bank, tot het etenstijd was. Na het avondmaal was daar opeens een heel ander hondje; vrolijk, geïnteresseerd in Loulou en liefde halen bij ons. Vanaf dat moment ging het beter en beter. Inmiddels zijn we een aantal dagen later en Emma is echt onderdeel van het gezin geworden. En, Loulou en Emma spelen heel wat af. Soms hee wild, dan weer teder. Ze pakken elkaars poten beet, bijten in nek en borst, maar alles heel zacht. Zelfs met de speeltjes spelen zij samen, zodat wij niet steeds met Loulou meer hoeven te spelen om de attributen uit haar bek proberen te trekken. Onze opzet is vooralsnog geslaagd en hier loopt een blijde (kleine) roedel. En wij kunnen met een gerust hart de nodige tijd in Nederland verblijven.
De eerste hond liep (loopt) los. Krijgt voer, maar heeft zijn vrije leven. Achteraf gezien bedachten we ons dat die hond misschien nu gelukkiger is, dan wanneer het dier bij ons zou zijn. Het enige nadeel is dat er met regelmatig gif wordt gestrooid. Maar verder schijnt die een goed leven te hebben.

Nu hebben we een hond uit de kennel. De honden uit de kennel gaan veelal naar Nederland, of Duitsland. In principe voor een beter leven, maar wel beperkter in vrijheid. En zijn de kennels in Nederland ook al niet vol? Eigenlijk staan wij daar heel dubbel n. Ook dat maakt ons blij, want we hebben nu twee honden, die hier afgedankt waren, maar bij ons een goed huis hebben. Onze Nederlandse mentaliteit (wij zijn geen dier liefhebbers, maar dier ouders) en ruimte en vrijheid. Ik hoop dat we onze dieren Ventje, Loulou en Emma) een goed, lang en gelukkig hondenleven kunnen geven.

zaterdag 12 november 2016

Zwarte Piet...

Zo, de goedheiligman is weer in het land. Het kinderfeestje is weer begonnen. Kinderfeestje? Hoezo? In Maassluis was een leger politie op de been. Nee, niet vanwege terroristische dreiging, maar vanwege mogelijke protesten. In Rotterdam waren er inderdaad protesten. Voor én tegenstanders. Hard ingrijpen maakte er een einde aan. Al vanaf de zomer is Nederland weer in de ban van de Pietendiscussie. Volwassenen maken zich druk over valse sentimenten. Op het moment dat ik dit zo schrijf zal de tegenstander direct steigeren. Toch spreek ik mij zo uit. Leuk, je hoort de kinderen een heldere verklaring geven; zwarte Piet is zwart, omdat ie vroeger door de schoorsteen ging. Niks over slavernij, onderdrukking, of dergelijke. Gewoon een heldere en simpele verklaring.
Het zijn de volwassenen, die het hebben over discriminatie, ongelijkheid en onderdrukking. Geen kind die daar bij stil staat. Veel van de tegenstanders zijn mensen met een gekleurde huidskleur. Hoe je hen tegenwoordig moet aanduiden weet ik ook niet meer. Alles wordt als discriminerend ervaren. Wat is discriminatie eigenlijk? Mijn definitie is toch min of meer dat er sprake van het duiden van mensen op basis van ongelijkheid, minderwaardigheid en afkomst. Wanneer je tegen iemand zegt dat ie zwart is, geef je immers geen enkel waarde oordeel. Zelfs wanneer ik iemand neger noem, is hier geen enkele sprake van discriminatie. Misschien niet zo netjes, net zo als spleetoog voor een Aziaat een belediging kan zijn, maar toch heeft het niets met discriminatie te maken. Ik spreek geen enkel waarde oordeel uit. Hooguit kan je zeggen dat de benaming iets denigrerends heeft. Echter ook dat zegt niets over meer of mindere waarde, ondanks dat het hier wel iets heeft wat neigt tot een oordeel.
Wat bezielt de tegenstanders van de zwarte Piet? Helaas kan ik niet bedenken dat de strijdende individuen vooral mensen zijn die gefrustreerd zijn. Veel frustratie komt mogelijk voort uit ervaringen. Tuurlijk, ik bedenk het mij wél. En ja, wanneer je ook de nodige contacten hebt verbreedt je je leven en leer je wellicht dat discriminatie nergens op slaat. En laten we ons realiseren..., wij hebben het tegenwoordig heel snel over allerlei negatieve invloeden. Behalve mogelijke frustraties zijn de meeste anti- Pieten ook nog eens niet blank. En behalve frustratie ben ik van mening dat er ook tegenstanders zijn, niet omdat zij nu echt tegen zijn, maar vooral om zelf in beeld te komen.
Er is niks mis met de zwarte Piet en waarom moet dan toch ieder jaar die discussie zo sterk oplaaien. Zwart van roet..., duidelijk toch? Althans voor de kinderen, wie geen kwaad zien in een zwarte Piet. En ook onder de niet blanke inwoners zijn er voldoende sympathisanten vóór de zwarte Piet. Maar vooral lijken we te vergeten dat het hier om een kinderfeestje gaat. Een feest met het kindersentiment. Vandaag was zo'n feestje, want de Sint is weer aangekomen.

Staat de zwarte Piet nu echt als symbool voor onderdrukking of de slaventijd? Ook dat vraag ik mij af. Volgens mij heeft het niets met elkaar te verdoen. In ieder geval zien de kinderen die link niet. Dus, de volwassenen creëren zelf die link. Maar goed, voor mij als volwassene, ik zie dat totaal niet zo. Althans, dat zag ik niet voordat de discussie weer oplaaide. Ja, en nu zie ik hoe hard sommige mensen tegen de zwarte Piet protesteren. Volwassenen, wel te verstaan. Natuurlijk kan je de verbinding met de slavernij maken. Tuurlijk kan je altijd, bij ieder onderwerp, het een en ander anders uitleggen en het kabelen als discriminatie. En dan maak je een kinderfeestje een feestje van de volwassene. Dat er dus tegenstanders zijn accepteer ik. Hun gedachtengang daarentegen volg ik niet helemaal. Ik zie het dan ook als zoeken naar argumenten. En dan krijg je altijd het hoogste woord. Zie het als een soort populisme. Immers die hebben ook het hoogste woord en weten daardoor meerderheden te maken. En ook dat is relatief, want wat is een meerderheid? Zelfs daar kan je je twijfels bij hebben. Kijk maar naar de USA. Clinton heeft qua stemmen een meerderheid. Door het systeem van de kiesmannen creëert Amerika een andere meerderheid. En nu wordt Donald Trump de nieuwe man. Overal zijn protesten aan de gang, tegen Trump. Fout... Die protesten moeten gaan tegen hun mede Amerikanen. Die hebben immers op Trump gestemd. Trump zelf is een handige jongen, met de uitstraling can een boerenkinkel. Bovendien gebben veel Amerikanen een stem uitgebracht als protest, maar hoe dan ook het zijn de Amerikanen die voor Trump gekozen hebben. Dan mag je Trump toch niet verwijten dat hij gekozen is?
Ik zie hierin een zekere relatie met de pieten discussie. Discriminatie moet de wereld uit, maar dan kan je de kinderen daar toch niet op afrekenen, omdat zij vinden dat het te maken heeft met een schoorsteen? Kortom, zwarte Piet wordt misbruikt om een discussie over discriminatie uit te lokken. Niet erg adequaat, wanneer je het mij vraagt. Geef die kinderen toch hun feestje. En of zwarte Piet nu zwart is, of gevlekt, dat maakt mij geen bal uit! En de voorstanders en tegenstanders moeten zich maar even gedeisd houden tot 6 december. Tot die tijd is het gewoon even een feestje van de kinderen!

vrijdag 11 november 2016

Meer dubbel

Dubbel.., lichtelijk schizofreen misschien. Blij met een eigen woning in Nederland. Zonder veel moeite zullen we daar vier maanden per jaar verblijven. Met nog minder moeite verblijven wij de rest van het jaar in Turkije. Het is vreemd, we hebben nu twee (huur) huizen. Goed er zijn diverse mensen die, naast hun woning, een vakantiewoning hebben. Maar goed, daar verblijf je nooit langer dan in je eigen huis. Bij ons is dat net omgekeerd en in dat perspectief hebben we dan ook twee huizen, waar wij wonen ( of voor de gemeente Haarlem: verblijven). En waarbij wij natuurlijk aan alle regeltjes voldoen.
Maar dat betekent ook dat je in twee huizen "thuis" bent, écht thuis. In Nederland al (nou ja, een aantal van) onze meubels en spullen. In Turkije onze spullen, van wat wij hier voornamelijk opgebouwd hebben. Op zich is dat best een apart gevoel, maar aan de andere kant is dat niet wat ik bedoel. Dat dubbele zit toch ergens anders in. Dat zit in de manier van leven en het leven op de diverse plaatsen.
In Nederland zit je nu vooral binnen. In Turkije leef je, ook nu, grotendeels buiten. In Nederland leef je tussen de buren, een schamele betonnen muur scheidt ons. In Turkije is ruimte en leven buren op veel grotere afstand. In Nederland bezitten we eigenlijk geen tuin, maar in Turkije kunnen de honden behoorlijk rond struinen.
In Nederland wordt je geconfronteerd met regels. Alles en iedereen let op elkaar. In Turkije zal het een ieder worst zijn, wat de ander doen.
De parkeerbon, afgelopen week. Frustrerend, je bent aan het laden en lossen (wat mag), maar je krijgt een bon, omdat de handhaving van mening is dat je niet laadt. Op dat moment kan je er niets mee. Los van het feit dat deze bon onterecht was, valt mij op dat die handhavers je min of meer schofferen, niet luisteren en voet bij stuk houden, of ze goed zitten of niet. In Turkije kreeg ik een parkeerbon. Overigens terecht. Ik betaalde en ontving twee maal korting. Ik werd keurig behandeld en men toonde begrip. Kortom, zo'n verschil van mentaliteit in die twee landen... Haast onoverkomelijk...
Iets anders. In Nederland hoor ik weer kerkklokken. In Turkije hoor je een fiks aantal keer per dag iemand van de minaret schallen. In ons dorp..., meer dan vijf keer per dag. Maar dat terzijde...

In Nederland is alles gekaderd. Alles in tegels gevat. Maar vooral valt mij op dat er zo hardvochtig aan al die regels gehouden wordt. In Turkije zijn ook veel regels. Toch lijken de regels hier meer een instrument, een leidraad. Niemand houdt zich aan de meeste regels, en niemand klaagt er over. Niet klagen, versus de klaagcultuur in Nederland.
In Nederland is alles keurig geplaveid, ordelijk en netjes. Veel steen, gebaande wegen. In Turkije is alles losser. Minder keurig geplaveid, soms zelfs rommelig, heel veel groen. Twee totaal verschillende werelden, twee geheel verschillende definities (en gevoel) van thuis. In Nederland..., ik wil dan eigenlijk niet weg. In Turkije wil ik ook niet weg. Ben ik eenmaal op pad... Kijk ik uit naar.

Toch heb ik in Turkije het meest het gevoel van thuis komen. Misschien komt dat ook wel door het gevoel van vrijheid. Goed, in Turkije mag je misschien niet alles zeggen, maar in Nederland kán je tegenwoordig niet meer alles zeggen. In Nederland zijn zo veel regels en zit de overheid zo op je huid dat bij mij het gevoel van vrijheid behoorlijk verdwijnt. In Turkije voel ik mij wel vrij met wat ik kan en mag.

Kortom, heel dubbel allemaal. Hele tegenstrijdige gevoelens. Ik zeg niet dat het een beter is dan het andere. Het is anders en bij mij spreekt het leven in de Turkse cultuur en het land mij meer aan. In Nederland heb ik mijn vrienden, mijn netwerken. Familie..., ik zou niet zonder Nederland willen. Misschien niet kunnen. Maar Turkije wil ik niet missen. Turkije inspireert, geeft mij kracht en leven. Nederland kapt mij af, maakt me suf en duf. In Nederland ben ik veel minder creatief, dan in Turkije. Grote verschillen. Verschillen, die mij soms behoorlijk op breken. Soms zelfs een beetje triest maken. Bovendien ben ik Nederlander en ondanks dat het nationalisme mij weinig doet kan ik niet ontkennen deze band met Nederland te hebben. Het land, waar mijn roots liggen.

Nederland betekent voor mij ook een verlies. We hebben daar veel verloren. Nederland betekent voor mij ook; Spanning. Spanning door alle confrontaties met de overheid. In Turkije ben ik voornamelijk ontspannen. Haast en druk in Nederland. Ontspanning en tijd in Turkije... In Turkije tel ik mee, in Nederland voel ik mij regelmatig een looser. Misschien ben ik dat ook. Ondanks mijn leeftijd bouw ik hard aan een nieuwe toekomst. Het gaat steeds beter lukken, maar het lijkt nog een lange weg. Ik zou wel dat het wat makkelijker en sneller zou gaan. Ach, het toont allemaal dat het leven soms heel ingewikkeld is. Los van al dat dubbele en het leven in de twee culturen. Toch merk ik dat al die gevoelens mee spelen en mij slingeren van de ene zijde naar de andere...
Natuurlijk kan ik het als onbegrip, of een klaagzang, brengen. Neen, dat is niet mijn intentie. Het is een twijfel, een positief gevecht wellicht. Ik wil delen in mijn gevoel en zal tonen hiermee te kunnen dealen. Dealen om sterk te worden, te leven. Natuurlijk, mijn leven verloopt niet volgens de boekjes, ook onze keuzes vallen daar eigenlijk buiten. Dat brengt ons natuurlijk ook veel problemen en onbegrip. Vooral bij enkele Nederlandse overheden. Dat is misschien wel de boodschap. Leven in twee werelden op een wijze waar de overheid niet mee om kan gaan en zeker daar vanuit eigen beleidslijn enigszins bekrimpen denkt. Wij doen het anders en dat past onvoldoende in het politieke en bestuurlijke plaatje. In Turkije passen we er keurig binnen.

Zeker nu, hoe gaat het verder. Hoe ontwikkelen zich deze gevoelens. Wat zal de toekomst brengen... Zal dat dubbele gevoel wegkwijnen en worden vervangen door een zekere bekrompenheid... Of zal ik straks steeds meer verdeeld worden in mijn hoofd. In de toekomst kan ik niet kijken. Ik leef zo door mijn verleden, en de keuzes die wij op basis daarvan gemaakt hebben. Ja, het leven kan/kon vast eenvoudiger. Dat is alleen wel een beetje saai. Ik ben al saai genoeg, dus op die vlakken wil ik blijven leven! Het komt vast wel weer goed, zolang ik maar het gevoel heb dat ik geniet van het leven. Dat lukt wel hoor..... En ach, die verscheurende dubbelstrijd zal ook klaagzang wel wat doven. Het is, met deze intentie, een nieuw gevoel voor mij. En hoe ik daar in de toekomst mee om zal gaan... We zien het wel. Momenteel voelt het als iets heel vreemds. Ik heb er voor gekozen en leef er ook maar mee. In feite geen probleem, meer een opvallende constatering. 't Is ook allemaal geen kattenpis...