dinsdag 30 oktober 2018

School

Ach, natuurlijk kan ik wel weer ergens over zeuren, maar op de een of andere manier moest ik denken aan mijn schooltijd. Dat komt misschien door mijn eerdere blog over Ekseption en Waaldrecht. In 1969 kwam ik op het Lorentz. De meeste klasgenootjes, van de lagere school (Adolf van Nassauschool in Santpoort), gingen in IJmuiden naar de middelbare school. Ik wilde persé naar het Lorentz.
Het begin daar was voorspoedig, iets wat in het laatste semester alweer volledig teniet gedaan werd. In 1970 werd ik geopereerd aan mijn voeten. Los van het fysieke ongemak was ik erg bang gemaakt voor de operatie. Daardoor begon ik te klooien, wat ik de rest van mijn schoolloopbaan aardig heb volgehouden. Recalcitrant is wellicht nog te voorzichtig gezegd... Ondanks mijn slechte prestaties was het ook een aardige tijd. En het Lorentz was een broedplaats voor creativelingen. Vooral ingegeven door Tjeerd de Haan, leraar Nederlands, auteur en creatief inspirator. Een klasgenoot van mij, Peter van de Klashorst, is een bekend schilder geworden. Hugo Kaagman, bij wie ik mij ooit bij een les Nederlands in zijn klas verstopte, is als punker en graffiti artiest toch ook redelijk succesvol geworden. En er zijn vast meer klasgenoten (en schoolgenoten) die het goed gedaan hebben in hun leven.
Heb ik het goed gedaan? Tja, wanneer ik terug kijk op mijn leven ben ik tevreden, alhoewel ik een ster ben tegenslagen op te zoeken.

De middelbare school heb ik nooit met goed gevolg afgesloten. Tot 1975 heb ik op het Lorentz gezeten. Nooit verder gekomen dan 4 HAVO. Mijn klasgenoten hebben elkaar dan ook flink afgewisseld. Velen zijn dan ook aan mijn herinnering ontglipt, doch anderen zal ik nooit uit mijn geheugen kunnen wissen, mits Alzheimer zich bij mij aandient. Met enkelen heb ik soms contact, zijn "vriende" op Facebook of kom ik nog wel eens tegen. In de tijd van school was ik niet de meest populaire. Sterker, ik functioneerde nog wel eens perfekt als pispaal. Daarnaast haalde ik ook rottigheid uit. Ik zat een keer voorin de klas, bij Bijkerk van wiskunde, dat ik een paraplu op stak. Onschuldig leuk. Bijkerk had de pik op me. Hij sliste en sprak flink met mondwater. Dus, ik moest vooraan komen zitten. Omdat ik niet iedere les nat wilde worden had ik die plu mee. Daarna heeft hij overigens gelijk geweigerd nog les te geven. Dat is ook niet meer gebeurt, al kan ik mij de vervangen wiskunde niet meer herinneren.
Ook ben ik een keer echt buiten het acceptabele gegaan. Op het plein liet een klasgenoot een pistool zien, waar je kleine kogeltjes (een soort hagel) mee kon afschieten. In mijn ooghoek zag ik Hendriks van Aardrijkskunde, in het hok van de amunuensis staan. In een reflex pakte ik het wapen, schoot en gaf het terug. Ik had door de ruit in de hand van Hendriks geschoten. Mijn klasgenoot is van school gestuurd. Dat wilde hij ook en had nu een goede reden. Met hem, Ruud geheten, had ik een jaar langs een wedstrijd; wie het meest uit de klas verwijderd werd. Op het nippertje had hij gewonnen. Hij deed het uit onvrede, ik uit recalcitrantie. Maar goed, waarom mijn impuls richting Hendriks? Tijdens een les aardrijkskunde sprak hij over het observatorium in Tucson (Arizona, USA). Ik zei daarop dat een neef van mijn moeder daar werkte. Toen ik thuis kwam nam mijn moeder mij apart. Wat ik had gezegd? Ik herhaalde, waarop zij zei:" volgens je leraar heb je gezegd dat je moeder, ik dus, werkster is in het observatorium in Tucson...". De vraag op dat moment was wie hier nu gestoord was. Vingers wezen in mijn richting. Mijn schooltijd was turbulent en dat ik het zo lang heb volgehouden was omdat mijn broer zo braaf en voorbeeldig was en mijn vader in de oudercommissie zat. Uiteindelijk heeft dat alles niets mogen helpen. Toen ik wederom bleef zitten mocht ik een andere school uitzoeken. Dat heb ik nog een jaar volgehouden....

Geen opmerkingen:

Een reactie posten