vrijdag 10 januari 2014

Oud

bron: historianet.nl
Kinderen die nu geboren worden kunnen 100 tot 135 jaar leven. Dit schrijft Rudi Westendorp in zijn nieuwe boek Oud worden zonder het te zijn. Het lijkt mij een geweldig vooruitzicht, nog lang en goed te kunnen leven. Toch denk ik soms nu al; wat kan de dood een bevrijding zijn om eens van alle zorgen af te zijn.

Wij worden ouder en doen dit ook steeds intensiever. Voor velen geldt dit zeker,  niet voor iedereen. De mensen die langduriger en intensiever leven zien een langer leven zeker als een wenselijke optie. De passieve mens zal het worst zijn of ze ergens in de zeventig of tachtig komen te overlijden. Nou ja, wat is passief? De oude Grieken hadden als hoogste doel van het leven de vrije tijd. Met andere woorden, ze deden het liefst niets. Rustig leven en genieten. Genieten kan een hele levendige beleving zijn. De Grieken leefden eigenlijk optimaal en het vervelende van het leven lieten zij graag aan anderen over. Dat waren de slaven natuurlijk. Hier tekent zich een tweespalt af; de werker en de genieter. Wanneer wij langer zouden leven, wat zal er dan aan verschil zijn tussen die werker en de genieter? Voor de genieter... Daar maak ik mij geen zorgen over. Voor de werker... Moet hij dan langer werken of moet de werker leren genieter te worden? En kan dat? Kortom, zijn wij er wel klaar voor om zo veel ouder te worden?
bron: LUMC

Wanneer ik mijn leventje bezie wil ik absoluut de maximum speeltijd. Toch is er altijd die schaduwzijde. In het leven zijn altijd zo veel niet leuke zaken. Problemen die telkens terug komen, of chronisch aanwezig zijn. Ook daar leef je langer mee. Of ik dát wil? Nu ben ik werkloos, en wie weet hoe lang het duurt of ik weer iets heb om in mijn levensonderhoud te voorzien? Dat soort problemen, en alles wat dat met zich mee neemt, ben ik eigenlijk zat. Ik heb al meer dan dertig jaar gewerkt en als ik niet op pas eindig straks in een kartonnen doos op straat. Zo ver zal het wel niet komen, maar het geeft wel een beetje mijn huidige situatie weer. En ja, ik geloof er wel uit te komen. Ik ben er zelfs van overtuigd. Maar het zijn de vervelende dingen van het leven. En wanneer je ouder wordt, heb ja daar ook allemaal meer last van. Met de wens langer te willen leven doen wij of het leven zo rooskleurig is. Of er geen aftakeling is.
Het leven op zich is al een klus. Een mooie klus, absoluut, al deelt niet iedereen dit. In tegenstelling, veel mensen zijn helemaal niet gelukkig. In Nederland leven wij in een relatief bevoorrechte situatie, maar de wereld is groter dan Nederland. Groter dan de westerse wereld. Kijk eens naar al die oorlogen om ons heen, alle conflicten, alle criminaliteit en drugsoorlogen, zoals bijvoorbeeld in Mexico. De andere kant is het aantal mensen dat de maatschappij niet meer aan kan. Mensen stappen er uit en plegen zelfmoord, anderen raken in zware psychische problemen.

Fysiek zijn we vast goed te repareren, tot de auto zo oud is dat reparatie niet meer mogelijk is. Hoe wij er ook tegen strijden; het leven is en blijft eindig. Dat de mens zich inzet dit leven optimaal te verlengen en de enge dood uit te stellen kan ik mij voorstellen, maar de dood moeten we vroeg of laat onder ogen zien. Dan is de vraag wat de meerwaarde van nog langer leven is. Reina heeft kanker overleeft. Gelukkig want ik ben nu heel blij dat ik met haar samen leef. Wanneer zij het niet gered had was zij echt te jong gestorven. Ik gun haar ook nog een goed leven. Ik gun mijzelf een goed leven. Allebei hebben we de instelling dat wij een goed en intens leven willen, waarbij de kwaliteit belangrijker is dan de duur. Dat klinkt misschien wat fatalistisch alhoewel ik dat toch anders zie. En daar kom ik op de essentie van de discussie rond levensverlenging. Natuurlijk wil ik zo lang mogelijk leven, maar dan wel met kwaliteit van leven.
Fysiek zijn we te repareren. Psychisch is toch een ander verhaal. Hoe staat het met onze mentale kwaliteit? Straks is er medicatie tegen Alzheimer. Toch ken ik mensen die dementie zien als een veilig en natuurlijk uitdoven van het leven. Het is maar hoe je er tegenaan kijkt. Een feit is dat wij mensen vanuit onze psyche vermoeid raken. Ook hier echter weer sterke onderlinge verschillen. Nu zie je al eenzaamheid optreden bij mensen op relatief jonge leeftijd. Enerzijds zijn er meer ouderen actief, anderzijds neemt de eenzaamheidsproblematiek toe.
Door alle wetenschappelijke ontwikkelingen leven wij langer onder redelijk normale omstandigheden. Op natuurlijke wijze zal de leeftijdsgrens wel iets stijgen. Nu gaat de wetenschap echter een stukje verder en ontwikkelen zij een soort technisch leven. Of je nu vanaf je zeventigste oud wordt, of straks op je honderdste, we zullen altijd een soort bejaardenleven kennen. En dat is het leven waar wij vanaf willen. Zo ook ik. Het liefst leef ik optimaal en intens tot ik er (letterlijk) bij neer val. Ik wil geen bejaarde worden die aan alle kanten verzorgd moet worden, de zelfstandigheid moet opgeven en de tijd letterlijk uit zit. Dat is ook net het stukje wat ik mis in het hele verhaal van Westendorp. Westendorp stelt misschien ook niet voor niets de vraag of wij er mentaal wel aan toe zijn zo veel ouder te worden.

Een huisje in Italië (of elders) en lekker veel schilderen, lekker leven en bezig zijn. Zorgeloos. Dan wil ik nog heel lang leven. Samen met mijn Reina natuurlijk. En wanneer ik fysiek op dit niveau blijf is dat uitstekend te doen. Ik wil dan wel tot mijn laatste adem kunnen blijven schilderen en leven. Moeten we wel zo veel ouder worden? Onder voorwaarden: ja!
 
bron: isgeschiedenis.nl


Geen opmerkingen:

Een reactie posten