zondag 22 december 2013

Participerende samenleving en tegenprestatie

donderslag bij heldere hemel
Chronisch zieken, mensen met stress, veel psychiatrisch patiënten, lijders aan trauma’s… en nog veel meer groepen mensen die er een probleem mee hebben. Een probleem om die eerste stap te zetten. Vanaf uit de bank komen, tot helemaal niets meer doen en alles wat er tussen zit.

De overheid wil streven naar een participerende maatschappij en mensen met een (WWB) uitkering moeten een tegenprestatie gaan leveren. Het streven is nobel en zeer begrijpelijk. De uitvoering is aanstootgevend en verachtelijk. Deze twee zaken lijken niet alleen te botsen, ze botsen ook in grote mate. Dat is het nadeel wanneer je een ideaal in een politieke context wil plaatsen. Een goed streven plaats je in regels en regels zijn per definitie star. Mensen zijn niet star. Een mens is geen computer. En juist op dit vlak zien wij dan ook de enorme spanningsvelden tussen regelgeving en menselijkheid. Het gevolg is dat de regelgeving het wint en de mens, de individu weer een opdonder krijgt.

De maatschappij gaat uit van gezond functionerende mensen. Een grote meerderheid voldoet hieraan… tenminste, wanneer alles goed gaat. Wie loopt er niet met een probleem, frustratie of trauma? Velen van ons, maar in het kader van het overleven hebben wij geleerd dit weg te schreeuwen, duwen, te werken. Heel veel mensen zijn bang de confrontatie met zichzelf aan te gaan. Dat is namelijk de confrontatie met onze zwakheden, waar wij niet mee om kunnen gaan. En daar is de maatschappij op georganiseerd.
Maar hoe broos is het lijntje… Soms hoeft er maar een klein iets te gebeuren en een maatschappelijk succesvol persoon vervalt tot een nietig hoopje zieligheid. Kijk om je heen, in je eigen omgeving… we kennen allemaal wel iemand, die behoort tot de zwakkeren in onze samenleving. Van sommigen zagen wij het al aan komen. Van anderen kwam het als een donderslag bij heldere hemel. In de jaren dat ik in de psychiatrie heb gewerkt heb ik ze gezien. Ja, zelfs topmannen van Shell, die van de ene op de andere dag volledig decompenseerden. Hun wereld werd kompleet anders.

Weet u hoeveel mensen er leven met een postfobie? Meer dan wij weten, want uit schaamte is het een verborgen probleem. In het netwerk wordt het vaak opgevangen, maar in heel wat gevallen is dat netwerk er niet, of valt weg. Met name financiële problemen doen zich voor en het gaat van kwaad tot erger. In de meeste gevallen wordt zo een relatief klein probleem als een postfobie gebagatelliseerd; stel je niet aan.
Dat zien wij terug in de participerende maatschappij en de tegenprestatie: stel je niet aan. In de wet en regelgeving kan je moeilijk rekening houden met dat individuele drempeltje. Dus, iemand die niet mee werkt… stelt zich aan.

Wij denken in oude normen van de arbeidsethos. Alles is daarop gerelateerd. Zo wordt heel mooi omschreven dat een ieder moet participeren op het voor hem/haar hoogst haalbare niveau. Dat niveau wordt altijd gerelateerd aan arbeid. Veel mensen kunnen dat helemaal niet. En het wordt allemaal nog moeilijker, omdat het aan de buitenkant niet te zien is.
Zo ken ik mensen die op zich prima functioneren, maar wel op de basis van hun eigen condities. Verder is er misschien weinig aan de hand, maar reguliere arbeid zal nooit voor hen weggelegd zijn. En soms is de druk van het participeren en presteren al te veel.

Er wordt een steeds groter beroep op elkaar gedaan. We moeten meer voor elkaar zorgen, de overheid trekt zich terug. Natuurlijk moet je elkaar stimuleren. Misschien wel eindeloos, maar verplichten is iets heel anders. Daar haken velen op af. Op een enkele uitzondering na overigens niet omdat men er geen zin in heeft. Noem het verborgen onvermogens. En dat is lastig, want politiek niet in regels te vatten.
De maatschappij wordt sneller, ingewikkelder en groter. We vergeten het menselijke brein, die dit alles niet meer kan bij benen, of door een handicap überhaupt niet kan bij benen.

In een wereld van graaiers en groeiende verschillen tussen de armen en rijken wordt de ruimte voor de “verliezers” steeds meer beperkt. De ogen worden gesloten en het aantal “verliezers” wordt groter. Maar dat wil de welvarende mens niet zien. Nee, want het lijntje zelf verliezer te worden is erg dun. De politiek poogt dit alles te sturen. Slinks, slim, maar niet oprecht. Dat is politiek namelijk niet gewenst, daarvoor zijn wij niet sociaal genoeg. Afgelopen week las ik in de krant, dat het aantal banen af neemt, maar ook het aantal werklozen… Je zou het bijna als een goed bericht interpreteren, en je hoeft niet te denken wat het daadwerkelijk betekent. Jongeren… blijven misschien langer een opleiding volgen, omdat er geen baan is? Het aantal ouderen dat met pensioen gaat is wat groter, want de “babyboom” is aan de beurt. En dan de mensen tussen de vijftig en het pensioen… veelal na jarenlange dienstverbanden: werkloos. Maar na de periode van hun uitkering komen zij niet in aanmerking voor WWB. Te veel eigen vermogen, eigen huizen en verdienende partners. Velen schrijven zich in als ZZPer (Zelfstandige zonder personeel), maar verdienen er niet echt mee. Wanneer ik de krant lees mis ik deze interpretatie. Logisch, want dan wordt het plaatje vele malen somberder.

Natuurlijk moeten wij allemaal zo veel als mogelijk mee doen met deze maatschappij. Helemaal mee eens, maar ga daarbij niet over de normen en mogelijkheden van de individu… en dat gebeurt met de huidige regelgeving wel. Laat mensen in hun waarde, wat met de huidige regelgeving helaas nooit in voldoende omvang kan. Het is een lastig probleem, maar wel een die je politiek niet op lost.
Het is net als waterverf; de kleuren moeten op natuurlijke wijze in elkaar overvloeien, waardoor een schilderij ontstaat. Wanneer de economie beter wordt, het belastingstelsel humaner, de samenleving socialer, pas dan zal het probleem zich langzaam oplossen. Langzaam en nooit helemaal.


Het mag duidelijk zijn dat ik grote bezwaren heb tegen de participerende samenleving en tegenprestatie zoals deze wettelijk nu geregeld worden. Het is geen oplossing, maar het verstoppen van de echte problemen. Het toedekken van nieuwe problemen. Het wordt tijd dat er eens écht iets gaat veranderen. Hoe goed Jetta Klijnsma het ook bedoelt, hoe enthousiast en overtuigend zij het ook brengt… het werkt niet. Misschien dat zij zichzelf te veel als voorbeeld neemt, maar dat verhul ik in mijn betoog. Laten we in ieder geval eens, zonder alle regels, gewoon eens wat socialer met elkaar om gaan. Ons wat meer in elkaar verdiepen. Dan alleen al zal de wereld er een stuk mooier uit gaan zien!

dinsdag 3 december 2013

De Wajong van Klijnsma

Jetta Klijnsma... Ik kan er maar niet over uit. Een aandoenlijke allervriendelijkste politica. Zij brengt het verhaal vol overgave en aks iets war zij daadwerkelijk in geloofd. En iedere keer hoor ik het tenenkrommend aan. Haar verhaal rammelt en hoe je het went of keert, het is niet realistisch. Het is politiek.

Ongeveer de helft van de mensen met een Wajong uitkering kunnen volgens Klijnsma met een arbeidshandicap aan het werk. In reguliere bedrijven. Dat betekent in eerste instantie dat iedere persoon met een Wajong uitkering gekeurd wordt. Uitgangspunt is dat ongeveer tweederde in aanmerking komt voor de aangepaste arbeidsmarkt. Deze aanname is nergens op gebaseerd. Ja, globale aannames. Meer niet.
Met het verhaal van Jetta lopen ook enkele zaken door elkaar; de WMO, de Wajong, de WSW en de participatiemaatschappij. Maar, ondanks alle ontkenningen, lijken bezuinigingen toch de basale drijfveer. Nu eerst de Wajong. Wordt je gekeurd en men acht je geschikt aangepaste arbeid te verlenen wordt je Wajong omgezet in WWB. Een netto achteruitgang van ongeveer vierhonderd euro. Er is dan nog geen werk. Nu geeft de overheid aan dat werkgevers te vinden zijn deze arbeidsbeperkten te plaatsen. Ja, er is zelfs een convenant. Toch is dit voorbarig. Zeker zullen er bereidwillige werkgevers zijn, maar het aantal plaatsen voor arbeidsbeperkten en de omvang van het aanbod zullen niet in evenwicht zijn. De reden is ondermeer in de soort arbeid, die de werkgevers kunnen bieden. Daar zit een hiaat. Naar mijn inschatting mogen wij blij zijn indien de helft van deze groep afgekeurde Wajong gerechtigden een passende werkomgeving zullen vinden. Een groot deel zal dus inderdaad in de WWB terecht komen. Dat weer houdt in dat de gemeentelijke sociale diensten de druk op deze groep zullen verhogen. Voor de persoonlijke en psychische effecten durf ik niet in te staan.
Dan is er de WSW. We kennen dit beter als de sociale werkplaats. Hier wil Klijnsma van af. Dus al de WSW werkenden dienen overgeplaatst te worden naar reguliere arbeid, voor arbeidsbeperkten. Dus ook daarmee wordt al een groot beroep gedaan op de arbeidsmarkt. Dit gaat in eerste instantie ten koste van de hergekeurden. 
Een ander gevolg is het verdwijnen van reguliere arbeidsplaatsen binnen de WSW, maar er is nog iets. Bij de sociale werkplaatsen is sprake van wachtlijsten. Deze kunnen wel oplopen van twee tot vier jaar. Kan deze groep nu wel ergens terecht? Dat is de vraag, alhoewel ik ook hier mijn twijfels heb. Een ander probleem nu al is dat iemand die op de wachtlijst staat voor de WSW geen indicatie krijgt voor dagactivering. Ze mogen, of kunnen, gedurende hun wachttijd niets doen. Dat lijkt mij niet bevorderlijk voor het individuele welzijn. Bij mensen met psychische klanten zie je binnen deze groep een relatief hoog percentage decompensatie. Dat houdt weer in dat er een extra beroep gedaan moet worden op de, duurdere, reguliere zorg.
De plannen lijken mooi, maar het lijkt niet reëel, mede omdat de drempels niet met een mooi verhaaltje weg te nemen zijn. En straks met de WMO zal ook hier weer een groep tussen wal en schip vallen. Mede door de bezuinigingen van de gemeentelijke budgetten zie ik het niet gebeuren dat de gemeente nu wél iets gaat betekenen voor deze groep wachtenden (en gekeurden) voor aangepaste arbeid. Tot hier is al duidelijk dat er meer maatschappelijke uitvallers zijn, waarmee het effect averechts is.
Zou je deze mensen dan vrijwilligerswerk aan kunnen bieden? Neen, bij de meesten zal dat niet op gaan. Immers deze mensen hebben extra begeleiding nodig. Dat is vaak lastig te regelen, omdat vrijwilligerswerk veelal al plaatsvervangend voor reguliere arbeid georganiseerd wordt. 
Op dit moment bestaat de Onbenutte Kansen regeling. Vanuit de WWB worden mensen verplicht aan het werk gesteld en worden trajecten ingezet. Meer dan activering is het vaak niet, en het percentage wel geplaatste mensen (uit deze groep) is nog geen 10% (vormen van regulier arbeid of arbeidsplaatsen voor mensen met een arbeidsbeperking). En dan te bedenken dat 125.000 mensen met een beperking aan de bak moeten. 
De boete voor werkgevers die geen of onvoldoende arbeidsbeperkten in dienst nemen is een farce en slecht voor de economie.

Ik zou nog even terug komen op de groep met een Wajong uitkering. Iedereen wordt uitgenodigd voor een herkeuring. Op voorhand is er (blijkbaar) al sprake van een quotum. Dus hoe zuiver is de herkeuring? En op welke wijze wordt de herkeuring uitgevoerd? Enkele onduidelijkheden, maar wel de kern van het probleem.
Stel de herkeuring is een momentopname. Je hebt een goede dag, en je gaat naar de WWB. In feite is het een klant die wel goede momenten heeft, goed over komt, maar nooit in staat is tot beperkte arbeid. Want hoe beperkt is beperkt. Een verstandelijk beperkte klant komt op de keuring en spreekt heel positief over zijn arbeidsproject. Ieder dag gaat hij, drie keer per week en het gaat hartstikke goed. De feiten kloppen, maar daar achter zit een verhaal wat duidelijk maakt dat echte arbeid een illusie is. Woonomgeving, omgang met problemen, de beperkingen zelf, sociale componenten.... noem maar op. Wordt dat goed mee gewogen en uitgekristalliseerd bij de herkeuring? Dat is bijna niet te doen. Nee, het is zelfs niet reëel, wanneer de keuring niet onder hele strikte voorwaarden plaats vindt. En daar zal het hoe dan ook aan ontbreken.

Natuurlijk is maatschappelijke participatie goed. Of het in regels te gieten is betwijfel ik, want hier hebben wij het over maatwerk. Ja, stimuleer de individu om zo veel als mogelijk te laten participeren. Maar wel op zijn, of haar, niveau. En dat laatste kan alleen procesmatig duidelijk worden. Bij de een sneller, dan de ander. Bij de een zal het niveau hoger liggen, dan de ander. Nee, herkeuringen en arbeidstesten zijn onvoldoende, en hooguit een aanvullend middel.
Toch staat de klant nu al met de rug naar de muur. Activiteitenbegeleiders zie je steeds minder. De professional wordt in hoog tempo vervangen door vrijwilligers. En dan moet er nog verder bezuinigd worden. Dat kan eenvoudig niet werken en de verwachting is dat de groep "outcast" groter zal worden, het individuele geluk zal verminderen, dan wel onder druk komen te staan. Mogelijk dus met als effect een groter beroep op duurdere zorg.

Jetta Klijnsma brengt het verhaal mooi. De politiek toont goede bedoelingen, maar het mag duidelijk zijn dat hier sprake is van diverse en botsende belangen. Dit beleid moet terug geschroefd worden. Heel overwogen moet er nieuw beleid ontwikkeld worden. De klant moet nu eens echt centraal staan. En reken maar, wanneer je het echt goed aan pakt zal het waarschijnlijk ook nog tot minder uitgaven leiden. Bij deze bied ik mij aan. Zoveel echte deskundigen zijn er namelijk niet...